Voor het geval dat de schrijver zich aan zijn woord houdt een paar aanhalingen: ‘Van Deyssel heeft de Hollandsche schrijftaal uilgekleed, ze in de badkuip gegooid, ze algezeept en gespoeld, ze weer drooggewreven met ruwe handdoeken.’
En nu nog deze (die na de was.chparlij komt): ‘Ja daar staat 't te lezen dat 'n schrijver gegapt heeft, iets lammenadig is, dat anderen hun taal verhanselen iets is, daar slaat 't woordje kullen en dat grappige werkwoord pijn aan iets hebben.’
Tot hiertoe, want er zal misschien nog wel een gelegenheid zijn de kennismaking met den heer J. M, Acket voort te zetten, al is het dan ook niet als J.M. Acket.
De 9de aflevering van De Hollandsche Revue bevat: Wereldgeschiedenis; onder Belangrijke onderwerpen zijn een artikel over het Londensch Congres, Dordrecht als zeehaven, de Berner Conventie, enz.. In de Revue der tijdschriften wordtvan 43 week- of maandschriften iels gezegd, De besproken bladen en tijdschriften belmoren tol verschillende richtingen en zijn Nederlandsche, Fransche, Duilsche en Engelsche. Het boek der maand is ditmaal de geschiedenis van een dagblad: Het Handelsblad. In de Boekentafel worden Hooge Troeven en Het Rijksmuseum en het Mauritshuis behandeld. Builen eenige gravuren en portretten tusschen den tekst bevat de aflevering een mooi porlret van Mr Van Houten, Minister van Binnenlandsche zaken. Vier portretten van kunstenaars, geridderd met den laatslen verjaardag der Koningin en twee van professoren, waaronder dat van den heer G.J.P.J. Bolland, die op den 19rn September j.l. onder grooten toeloop van belangstellenden zijn hoogleeraarsambt aanvaardde met een oratie over ‘Verandering en Tijd.’
De benoeming van den heer Bolland heeft vooral de ergenis der Roomschen gewekt. Zoo het heette, omdat hij niet academisch was opgeleid, maar in waarheid omdat de Roomsche leer, waarin hij was opgevoed, hem tegenstond. De katholieke pers was in die dagen in rep en roer.