des Heeren. Mijnheer Connehaye. En in die zoo kort op elkander volgende werken, kan men nochtans geen sporen van overijling of halfgebakkenheid aanwijzen; ja, enkele dezer reeks behooren tot het allerbeste, wat uit haar pen is gevloeid, zooals de bekroning van Een dure Eed overigens genoegzaam bewijst. Wanneer men op onze dagen van alles beheerschende politiek, in den 5-jaarlijkschen prijskamp van Nederl. Letterkunde, een zoo vrijzinnige schrijfster als Virginie Loveling den eerepalm ziet wegdragen, ondanks een katholieke jury en de machtige invloeden, die zich bij dergelijke gelegenheden doen gelden, dan moet zij, als kunstenares, in de oogen dier anders vijandige jury, wel buitengewoon hoog staan.
Nu, Mijnheer Connehaye zal, evenmin als De Bruid des Heeren, de faam der schrijfster doen dalen. Ditmaal - iets wat zelden gebeurt - leidt zij ons bij de hoogere burgerklasse binnen, bij rechters, geneesheeren en bankbestuurders; en, heeft zij ons reeds zoo vaak bewezen met de plattelandsche bevolking volkomen vertrouwd te zijn, thans toont ze dat ook het stadsleven voor haar geen geheimen bezit, en zij evengoed onder het rijke gewaad der burgerdame als onder den groven boezelaar der boerin weet te lezen.
Dat de booze wereld, door den schijn misleid, niet zelden de edelste bedoelingen gansch verkeerd uitlegt, en zoo somwijlen huwelijken doet afspringen en raenschenlevens min of meer verwoest; dat het bij die hooge burgerij niet al goud is wat blinkt, - ziedaar dingen, welke zeker niet voor de eerste maal gezeid worden, en toch heeft Mej. Loveling die oude stof zoodanig weten te verwerken en te vernieuwen, dat de aandacht des lezers tot het einde toe in de hoogste mate gespannen blijft.
Mr. Connehaye en Lucette, de hoofdpersonages, zijn twee uitstekend geteekende en zeer sympathieke figuren. De eerste, in weerwil van een onbehaaglijk uiterlijk en een naar vrekzucht zweemende spaarzaamheid, trekt ons aan door zijn degelijk karakter en edele hoedanigheden; Lucette door haar frissche jeugd, haar ongekunsteldheid en beminnelijke schoonheid. Om die twee zonnen beweegt zich een kleine wereld van bijhoorige personages - mannen en vrouwen, jonge meisjes en kinderen - die leven en afwisseling bijbrengen.