| |
| |
| |
Bibliografie ‘argumentatietheorie’ 1986 E.T. Feteris en R. Grootendorst
Verantwoording
In deze jaarlijks verschijnende bibliografie wordt een overzicht gegeven van recente publikaties over argumentatie (nieuwe boeken, herdrukken, boekbesprekingen en tijdschriftartikelen). Opgenomen worden theoretische beschouwingen, verslagen van empirisch onderzoek en praktisch gerichte publikaties. Bij de samenstelling van de bibliografie over 1986 is gebruik gemaakt van boekaankondigingen, periodiek verschijnende bibliografieën en tijdschriften waarin regelmatig artikelen over argumentatie worden gepubliceerd. Om meer titels te kunnen opnemen, zijn de annotaties zo beknopt mogelijk gehouden.
Er is naar gestreefd de bibliografie zo compleet mogelijk te maken. Wie ervan verzekerd wil zijn dat er in toekomstige bibliografieën geen eigen publikaties over argumentatie ontbreken, wordt verzocht per titel een volledige titelbeschrijving plus een korte annotatie, zo mogelijk vergezeld van een origineel exemplaar of een overdruk, te sturen aan R. Grootendorst, Instituut voor Neerlandistiek, Spuistraat 134, 1012 VB Amsterdam.
Gebruikte afkortingen |
CM |
Communication Monographs |
FL |
Forum der Letteren |
IL |
Informal Logic |
JAFA |
Journal of the American Forensic Association |
LT |
Levende Talen |
TT |
Tijdschrift voor Taalbeheersing |
TTT |
Interdisciplinair Tijdschrift voor Taal- & Tekstwetenschap |
Adam, Jean-Michel 1986
‘Puisque tu m' àimes un peu... quand même... Orientation argumentative, cohésion et progression du texte’. In: Stratégies interactives et interprétatives dans le discours. Actes du 3ème colloque de pragmatique de Genève. Genève: Unité de Linguistique Française. Cahiers de Linguistique Française, no. 7, p. 295-320.
Bijdrage aan congres over pragmatiek in Genève (27 februari - 1 maart 1986). Analyse van de argumentatieve aspecten van een chanson-tekst. De auteur geeft een beschrijving van de connectieven die de relatie tussen argumentatieve en andere tekstuele kenmerken van de tekst aanduiden.
Basu, Dilip K. 1986
‘A question of begging’. In: IL, vol. 8, no. 1, p. 19-26.
De auteur analyseert in dit artikel vier varianten van het door Aristoteles beschreven petitio principii. Hij concludeert dat alle varianten een ondeugdelijke manier van argumenteren zijn.
Blair, J. Anthony 1986
‘Comments on Frans van Eemeren: ‘Dialectical analysis as a normative reconstruction of argumentative discourse’. In: Text, vol. 6, no. 1, p. 17-24.
| |
| |
Reactie op van Eemeren 1986a. De auteur stelt een aantal aanvullingen voor met betrekking tot de confrontatiefase in de pragma-dialectische argumentatietheorie van Van Eemeren en Grootendorst. Hij introduceert een vierde type gebondenheid aan een standpunt, bepleit het opstellen van richtlijnen voor het identificeren van gebondenheden en formuleert een alternatieve regel voor de bewijslastverdeling.
Braet, A. 1986a
‘Argumentatieleer onder voorwaarden’. In: LT, p. 389-394.
Pleidooi voor de integratie van het vak argumentatieleer in het moedertaalonderwijs bij het analyseren van teksten, het schrijven van opstellen, samenvatten, kritisch lezen, gedocumenteerd schrijven en discussiëren. De auteur geeft een beknopt overzicht van de theoretische benaderingen van argumentatie in Nederland en doet een voorstel voor een leerplan argumentatieleer.
Braet, Antoine 1986b
FL, jrg. 27, nr. 2, p. 143-147.
Bespreking van Peter Jan Schellens, Redelijke argumenten, Dordrecht 1985: Foris.
Bronckart, Jean-Paul en Bernard Schneuwly 1986
‘Connexion et cohésion dans quatre types de textes d' enfants’. In: Stratégies interactives et interprétatives dans le discours. Actes du 3ème colloque de pragmatique de Genève. Genève: Unité de Linguistique Française. Cahiers de Linguistique Française, no. 7, p. 279-294.
Bijdrage aan congres voor pragmatiek in Genève (27 februari - 1 maart 1986). De auteurs presenteren een model voor de produktie van verschillende typen teksten, zoals argumentatieve teksten, uitleggende of verklarende teksten en narratieve teksten. Hierbij gaan zij in op de verschillen met betrekking tot informatiedichtheid, structuuraanduidende elementen en anaforische elementen.
Copi, Irving M. 1986
Informal logic. New York, etc.: Macmillan/Collier.
Praktisch leerboek voor het onderwijs in ‘informele logica’ en ‘kritisch denken’. Achtereenvolgens komen aan de orde het herkennen van argumentatie, het ontleden van de argumentatiestructuur, verschillende vormen van taalgebruik, drogredenen, definitieleer, analogieredeneringen, oorzaakgevolgredeneringen, wetenschappelijke hypothesen en verklaringen. Het boek bevat per hoofdstuk een aantal oefeningen. Achterin zijn uitwerkingen opgenomen.
Damer, T. Edward 1986
Attacking faulty reasoning. 2nd ed. Belmont, Cal.: Wadsworth. Oorspr. uitg. 1980.
Praktisch leerboek voor het onderwijs in het herkennen van drogredenen en het adequaat reageren op drogredenen. Elke drogreden wordt besproken als inbreuk op één van de eisen voor deugdelijk redeneren, die inhouden dat de premissen aanvaardbaar, relevant en adequaat moeten zijn. De besproken drogredenen worden in negen categorieën ingedeeld. Het boek bevat per hoofdstuk een aantal oefeningen. Achterin zijn antwoorden opgenomen.
Eemeren, Frans H. van 1986a
‘Dialectical analysis as a normative reconstruction of argumentative discourse’. In: Text, vol. 6, no. 1, p. 1-16. Herziene versie van Van Eemeren 1986b.
Uitgaande van de pragma-dialectische argumentatietheorie van Van Eemeren en Grootendorst beschrijft de auteur de dialectische transformaties die bij een normatieve reconstructie van argu- | |
| |
mentatieve discussies moeten worden uitgevoerd. Aan de hand van een politieke discussie laat hij zien wat een normatieve reconstructie van de confrontatiefase van een kritische discussie inhoudt. Hij geeft aan welke voordelen een normatieve reconstructie heeft boven een pure beschrijving van argumentatieve teksten en discussies.
Eemeren, F. van 1986b
‘The normative reconstruction of argumentative discourse. An illustration of its efficacy in the analysis of the confrontation stage in a political discussion’. In: T. Ensink, A. van Essen en T. van der Geest (eds.), Discourse analysis and public life. Papers of the Groningen Conference on medical and political discourse. Dordrecht/Providence: Foris, p. 309-325.
Bijdrage aan een congres over ‘Discourse analysis and Public Life’ uit 1985. Zie Van Eemeren 1986a. Met commentaar van A. van Berkel (p. 327-330).
Eemeren, F.H. van en R. Grootendorst 1986
‘Compositie-en divisiedrogredenen als taalgebruiksprobleem’. In: TTT, jrg. 6, nr. 1, p. 1-15.
Dialectische analyse van compositie-en divisiedrogredenen als overtredingen van de geldigheidsregel voor de argumentatiefase van redelijke discussies. De auteurs betogen dat bij deze drogredenen sprake is van een specifiek taalgebruiksprobleem, waarbij de overdraagbaarheid van absolute en relatieve eigenschappen van delen naar gehelen en omgekeerd centraal staat.
Eemeren, F.H. van, R. Grootendorst en T. Kruiger 1986a
Argumentatietheorie. Leiden: Martinus Nijhoff. 3de dr. Ongewijzigde herdr. van Argumentatietheorie, 2de dr. (Utrecht etc. 1981: Het Spectrum, Aula-boeken 613). Oorspr. uitg. 1978.
Eemeren, F.H. van, R. Grootendorst en T. Kruiger 1986b
Drogredenen. Argumentatieleer 2. Groningen: Wolters-Noordhoff.
Praktisch leerboek voor het onderwijs in het analyseren van drogredenen. Dit boek is het tweede deel van een driedelige cursus argumentatieleer. In deze dialectische benadering van argumentatie worden drogredenen opgevat als discussiezetten die de oplossing van een verschil van mening bedreigen. Zulke verkeerde discussiezetten kunnen in elke fase van het oplossingsproces voorkomen en alle partijen kunnen zich er schuldig aan maken. Aan de hand van een tiental spelregels voor redelijke discussies, die de oplossing van verschillen van mening bevorderen, wordt een systematisch overzicht gegeven van de verschillende typen drogredenen. De besproken drogredenen worden geïllustreerd met behulp van stukjes uit kranten, weekbladen, enz. Het boek bevat per hoofdstuk een aantal oefeningen.
Eemeren, F.H. van, R. Grootendorst, F.S. Jungslager en T. Kruiger 1986
Handleiding bij Argumenteren. Groningen: Wolters-Noordhoff. Handleiding voor docenten bij de behandeling van F.H. van Eemeren, R. Grootendorst en T. Kruiger, Argumenteren, Groningen 1984: Wolters-Noordhoff.
Per onderdeel (het onderkennen van onenigheid, het interpreteren van een betoog, het ontleden van de argumentatiestructuur en het beoordelen van een betoog) worden de theoretische achtergronden geschetst en per hoofdstuk worden suggesties gedaan voor de behandeling, enkele specifieke problemen besproken en de antwoorden bij de oefeningen behandeld.
| |
| |
Eemeren, F.H. van en T. Kruiger 1986
‘Het identificeren van argumentatieschema's’. In: FL, jrg. 26, nr. 4, 1985 (verschenen 1986), p. 298-308.
Eerder gepubliceerd in Koning (red.) 1985: 55-66. De auteurs onderscheiden drie hoofdtypen argumentatie: overtuigen door (1) het symptomatische, (2) het vergelijkbare en (3) het oorzakelijke. Hiermee corresponderen de argumentatieschema's van de kentekenrelatie, de vergelijkingsrelatie en de causale relatie. Bij elk schema behoren vier kritische vragen, die gebruikt kunnen worden bij de beoordeling van argumentatie. De auteurs bespreken aan de hand van voorbeelden de verbale en contextuele aanwijzingen voor het herkennen van de verschillende typen argumentatie.
‘Fallacies’ 1986
IL, vol. 8, no. 2, p. 57-92, 105-111.
Themanummer over drogredenen. Met bijdragen van M.F. Schmidt over de classificaties van drogredenen, S.M. Engel over het verband tussen de filosofie van Wittgenstein en de theorie van drogredenen en G. Jason over de vraag of de traditionele drogredenen in argumentatie in de omgangstaal vaak voorkomen. Het nummer bevat een systematische bibliografie van drogredenen, samengesteld door M.F. Schmidt. De enige bijdrage die niet over drogredenen gaat. is van E.P. Brandon over ellipsen.
Feteris, E.T., R. Grootendorst en H.J. Plug 1986a
‘Bibliografie “argumentatietheorie” 1984 (2)’. In: TT, jrg. 8, no. 1, p. 75-79.
Geannoteerde alfabetische bibliografie van publikaties uit 1984 over argumentatietheorie en argumentatieleer. Het eerste deel van de bibliografie omvat 22 titels (TT, jrg. 7, no. 4, p. 75-79), het tweede deel 31 titels.
Feteris, E.T., R. Grootendorst en H.J. Plug 1986b
‘Bibliografie “argumentatietheorie” 1985 (1)’. In: TT, jrg. 8, no. 4, p. 317-321.
Geannoteerde alfabetische bibliografie van publikaties uit 1985 over argumentatietheorie en argumentatieleer. Het eerste deel van de bibliografie omvat 28 titels, het tweede deel 29 titels (TT, jrg. 9, no. 2, 1987, p. 210-215).
Føllesdal, Dagfinn, Lars Walløe en Jon Elster 1986
Rationale Argumentation. Ein Grundkurs in Argumentations- und Wissenschaftstheorie. Berlin/New York: De Gruyter. Grundlagen der Kommunikation.
Vertaling uit het Noors (2de dr.). In dit boek worden de meest voorkomende vormen van argumentatie in de natuurwetenschappen, sociale wetenschappen en geesteswetenschappen geanalyseerd en vergeleken. Er wordt onder meer ingegaan op de hypothetisch-deductieve methode en de verhouding tussen rationele argumentatie en praktisch-moreel handelen.
Golden, James L. en Joseph J. Pilotta (eds.) 1986
Practical reasoning in human affairs. Studies in honor of Chaim Perelman. Dordrecht etc.: Reidel. Synthese Library, vol. 183.
Bundel opstellen over Perelman. De bundel opent met een niet eerder gepubliceerde lezing van Perelman over oude en nieuwe retorica, gehouden voor de Ohio State University in 1982. Het eerste deel bevat zeven bijdragen van E.P.J. Corbett, W. Brockriede, M. Meyer e.a. over Perelmans argumentatietheorie, het tweede deel bevat vijf bijdragen van R.E. McKerrow, R.D. Rieke e.a. over zijn opvatting van rechtvaardigheid en het derde deel bevat zeven bijdragen van Th.B. Farrell, J.L. Golden, J.J. Pilotta e.a. over praktische toepassingen van Perelmans ideeën in de retorica, filosofie, sociologie, fenomenologie en het recht.
| |
| |
Haarscher, Guy en Léon Ingber (red.) 1986
Justice et argumentation. Autour de la pensée de Chaïm Perelman. Bruxelles: Editions de l'Université de Bruxelles.
Bundel ter nagedachtenis aan Perelman, ingeleid door de samenstellers. De bundel bevat vijftien bijdragen over de ideeën van Perelman met betrekking tot juridische argumentatie van L. Ingber, R.van der Elst, L. Silance, P.-A. Foriers, J.J.-A Salmon, F. Rigaux, H. Petzold-Pernia, J. Gilissen, P. Orianne, H. Battifol, N. Bobbio, J. Wroblewski, M. van Quickenborne, W. Kluback en G. Haarscher.
Hamblin, C.L. 1986
Fallacies. Newport News, VA: Vale Press. Oorspr. 1970.
Fotografische herdr. van Hamblins klassieke studie over drogredenen. Met een voorwoord van J. Plecnik en J. Hoaglund.
Hample, Dale 1986
‘Argumentation and the unconscious’. In: JAFA, vol. 23, no. 2, p. 92-95.
In dit artikel bespreekt de auteur de rol van het onderbewustzijn bij de produktie en receptie van argumentatie. Hij gaat in op de mogelijkheden voor verder onderzoek op dit terrein.
Hoven, Paul van den 1986
‘De dubbelrol van de geschilbeslechter’. In: TT, jrg. 8, no. 4, p. 298-306.
In dit artikel wordt betoogd dat de Sociaal Economische Raad als beslechter van geschillen een dubbelrol vervult: enerzijds treedt de Raad binnen de geschilsituatie argumentatief gezien op als antagonist, anderzijds neemt de Raad een extern standpunt in met betrekking tot wijze waarop discussies voor de Raad gevoerd moeten worden.
Jackson, Sally, Scott Jacobs, Nancy Burrell en Mike Allen 1986
‘Characterizing ordinary argument: substantive and methodological issues’. In JAFA, vol. 23, no. 1, p. 42-57.
Reactie op Trapp (1986). De auteurs betogen dat de kritiek van Trapp niet terecht is, omdat hij uitgaat van een verkeerd begrip van analytische inductie en geen onderscheid maakt tussen argumentatie zoals die in de praktijk voorkomt en theoretische concepten met betrekking tot argumentatie.
Jacobs, Scott 1986
‘How to make an argument from example in discourse analysis’. In: Donald G. Ellis and William A. Donahue (eds.), Contemporary issues in language and discourse processes, Hillsdale, N.J.: Lawrence Erlbaum, p. 149-167.
Methodologische verantwoording van het gebruik van voorbeelden als methode van ‘discourse analysis’. Aan de hand van een aantal gespreksfragmenten waarin een argumentatieve confrontatie voorkomt, wordt gedemonstreerd op welke wijze deze methode kan worden toegepast.
Kienpointner, Manfred 1986
‘Topische Sequenzen in argumentativen Dialogen’. In: Zeitschrift für germanistische Linguistik, jrg. 14, nr. 3, p. 312-355.
Bespreking van de mogelijke bijdrage van de klassieke topiek aan de moderne argumentatietheorie en de beschrijving van argumentatieve dialogen. Aan de hand van de topoi van overeenkomst en verschil wordt betoogd dat de klassieke topoi (loci) gebruikt kunnen worden bij de classificatie van argumentatieschema's en bij de beschrijving van argumentatieve sequenties. In dit verband wordt kort ingegaan op de problematiek van het expliciteren van verzwegen argumenten.
| |
| |
Kline, Susan L. 1986
JAFA, vol 23, no. 2, p. 115-117.
Bespreking van F.H. van Eemeren en R. Grootendorst, Speech acts in argumentative discussions, Dordrecht 1984: Foris. PDA 1.
Kruiger, T. 1986
TT, jrg. 8, no. 2, p. 152-159.
Bespreking van A. Braet, De klassieke statusleer in modern perspectief. Een historisch-systematische bijdrage tot de argumentatieleer. Groningen 1985: Wolters-Noordhoff.
Leddy, Thomas 1986
‘Is there a fallacy of small sample?’. In: IL, vol. 8, no. l, p. 53-56.
De auteur betoogt dat een generalisatie op grond van een klein aantal gevallen niet automatisch een ondeugdelijke manier van argumenteren inhoudt. De deugdelijkheid van generaliserende argumentatie is volgens hem afhankelijk van de representativiteit van de gevallen die worden aangevoerd.
Lugg, Andrew 1986
‘Deep disagreement and informal logic: no cause for alarm’. In: IL, vol. 8, no. l, p. 47-52. Reactie op Robert J. Fogelin ‘The logic of deep disagreements’ (IL, vol. 7, no. 1, 1985, p. 1-8).
McKerrow, Raymie 1986
‘Case studies in field theory: an introduction’. In JAFA, vol. 22, no. 4, p. 185-186.
Inleiding bij een themanummer over de overeenkomsten in de argumentatiepraktijk in verschillende vakgebieden en op verschillende terreinen. De bijdragen zijn afkomstig van Thomas A. Hollihan, Patricia Riley en Keith Freadhoff (over argumentatie in ‘small claims courts’, p. 187-195), Nancy R. Dunbar (over de discussie die in de medische wetenschap, het recht en de pers is gevoerd over een nieuw geneesmiddel, p. 196-211), Sara E. Newell en Richard Rieke (over de rol van rechtsbeginselen in de motivering van de ‘Supreme Court’, p. 212-22) en Janice Schuetz (over argumentatie in de verschillende stadia van het wetgevingsproces, p. 223-239).
McMurtry, John 1986
‘The argumentum ad adversariam’. In: IL, vol. 8, no. l, p. 27-36.
De auteur beschrijft een nieuwe variant van de drogreden ignoratio elenchi: het argumentum ad adversariam. Hierbij wordt het oorspronkelijke discussie-onderwerp verschoven naar de negatieve eigenschappen van een gemeenschappelijke tegenstander. Volgens de auteur kan deze manier van argumenteren juist en onjuist worden toegepast.
Meyer, Michel 1986a
De la problématologie. Philosophie, science et language. Bruxelles: Pierre Mardaga. Philosophie et Langage.
Pleidooi voor ‘problematologie’ (vragenderwijs filosoferen) als oplossing van de crisis in de westerse filosofie en als alternatief voor scepticisme en positivisme. Er zijn onder meer hoofdstukken over dialectiek, rationaliteit en argumentatie.
Meyer, Michel 1986b
From logic to rhetoric. Amsterdam/Philadelphia: John Benjamins. Pragmatics & Beyond VII:3. Vertaling uit het Frans, Logique, langage et argumentation (1982).
Monografie over de relatie tussen taalwetenschap en filosofie. In het eerste deel wordt de logische | |
| |
benadering van taal besproken. Achtereenvolgens worden de opvattingen van Frege, Russell, Wittgenstein en Hintikka besproken. In het tweede deel komt de studie van gewoon taalgebruik in zijn natuurlijke context aan de orde. Eerst bespreekt de auteur de Nieuwe Retorica van Perelman en de Nieuwe Lingulstïek van Anscombre en Ducrot en vervolgens zet hij zijn eigen opvatting uiteen: ‘problematologie’, waarin een dialogische benadering van taalgebruik en argumentatie centraal staat.
Meyer, Michel (ed.) 1986
De la métaphysique à la rhétoriquee. Brussel: Editions de l'Université de Bruxelles.
Herdenkingsbundel voor Ch. Perelman met een ongepubliceerde lezing van Perelman uit 1981 (‘Logique formelle et logique informelle’). Met een inleiding van M. Meyer en bijdragen van Ladriere, Grize, Oleron, Anscombre en Ducrot, Schlanger, Couloubaritsis, Meyer, Ricoeur, Beaujour, Reboul en Laufer.
Missimer, C.A. 1986
Good arguments. An introduction to critical thinking. Englewood Cliffs, N.Y.: Prentice-Hall.
Praktisch leerboek voor het onderwijs in ‘kritisch denken’ en het analyseren en beoordelen van argumentatie.
Moore, Brooke en Richard Parker 1986
Critical thinking: evaluating claims and arguments in everyday life. Palo Alto, Cal.: Mayfield.
Praktisch leerboek voor het onderwijs in ‘kritisch denken’ en het analyseren en beoordelen van argumentatie.
Nef, Frédéric 1986
‘Sémantique discursive et argumentation’. In: Stratégies interactives et interprétatives dans le discours. Actes du 3ème colloque de pragmatique de Genève. Genève: Unité de Linguistique Française. Cahiers de Linguistique Française, no. 7, p. 69-92.
Bijdrage aan congres over pragmatiek in Genève (27 februari - 1 maart 1986). Voorstel voor de ontwikkeling van een systeem voor de representatie van teksten, waarin cognitief-referentiële aspecten en discursief-argumentatieve aspecten worden geïntegreerd.
Neumann, U. 1986
Juristische Argumentationslehre. Darmstadt: Wissenschaftliche Buchgesellschaft.
De auteur bespreekt welke bijdrage een juridische argumentatietheorie aan rechtstheoretisch onderzoek kan leveren. Aan de orde komen onder meer de logische benadering van juridische argumentatie, de topisch-retorische benadering, de theorie van het praktische discours en complexe modellen voor juridische argumentatie.
Pander Maat, Henk 1986
‘De opbouw van de debatfase in informele schoolse discussies’. In: TT, jrg. 8, no. 1, p. 58-74.
In dit artikel wordt ingegaan op de problemen bij het analyseren van mondelinge debatten. De auteur behandelt de representatie en de analysetaken en geeft een analyse, waarbij wordt ingegaan op themaverschuivingen in de verschillende debatfasen.
| |
| |
Putnam, Linda L., Steve R. Wilson, Michael S. Waltman en Dudley Turner 1986
‘The evolution of case arguments in teachers' bargaining’. In: JAFA, vol. 23, no. 2, p. 63-81.
In dit artikel analyseren de auteurs onderhandelingen tussen leraren aan de hand van een ontwikkelingsmodel voor onderhandelingsinteractie.
Raccah, Pierre-Yves 1986
‘Sémantique épistémique et loi de prédominance de l'argumentation’. In: Stratégies interactives et interprétatives dans le discours. Actes du 3ème colloque de pragmatique de Genève. Genève: Unité de Linguistique Française. Cahiers de Linguistique Française, 7, p. 92-113.
Bijdrage aan congres over pragmatiek in Genève (27 februari - 1 maart 1986). De auteur behandelt het onderscheid tussen een epistemische en een procedurele beschrijving van teksten. Het eerste type beschrijving heeft betrekking op de semantische structuur en het tweede type op het interpretatieproces. Hij stelt voor bij de beschrijving van structuren twee argumentatieve interpretatiewetten te integreren om op die manier te kunnen verantwoorden welke strategieën gebruikt worden bij het interpreteren van uitspraken in een specifieke context.
Ruscher, William A. 1986
How to win arguments. London: University Press of America. / Garden City, N.Y.: Doubleday.
Boekje met praktijkvoorbeelden voor succesvol argumenteren.
Schellens, P.J. 1986
‘De kwaliteit van argumentatie’. In: FL, jrg. 27, nr. 4, p. 280-294.
Uiteenzetting van de in Schellens (1985) geïntroduceerde classificatie van soorten argumentatie en de bijbehorende beoordelingscriteria voor kritische lezers. De auteur laat aan de hand van voorbeelden zien op welke wijze argumentatie op basis van regelmaat en/of regels kan verlopen.
Snoeck Henkemans, Francisca 1986
‘Hoe worden leerlingen kritische én redelijke lezers?’. In: Moer, nr. 5, p. 30-39.
De auteur bespreekt enkele veel gebruikte methoden voor het analyseren en beoordelen van betogende teksten voor het middelbaar onderwijs. Zij zet de retorische benadering van A. Braet tegenover de dialectische benadering van F.H. van Eemeren en R. Grootendorst en betoogt dat de tweede benadering de voorkeur verdient bij het analyseren en beoordelen van betogende teksten. Tot besluit bespreekt zij een aantal toepassingsmogelijkheden van een dialectische argumentatieleer in het onderwijs.
Sproule, J. Michael 1986
‘The roots of American argumentation theory: a review of landmark works, 1878-1932’. In: JAFA, vol. 23, no. 2, p. 110-115.
Overzichtsartikel van publikaties over argumentatietheorie uit de periode 1878-1932.
Thomas, David A. 1986
‘Forum on policy systems analysis: an introduction’. In: JAFA, vol. 22, no. 3, p. 123-124.
Inleiding bij een themanummer over de analyse van systemen voor beleidsvorming. De bijdragen zijn afkomstig van Robert C. Rowland (over de voor-en nadelen van verschillende systemen, p. 125-134), William L. Benoit, Steve R. Wilson en Vincent F. Follert (over beslissingsregels, p. 135-146), | |
| |
Alan J. Lichtman (over debatmodellen, p. 147-151) en William Reynolds (over waardenanalyse, p. 152-157).
Thomas, Stephen N. 1986
Practical reasoning in natural language. 3rd ed. Englewood Cliffs, N.Y.: Prentice-Hall. Oorspr. uitg. 1973.
Nieuwe editie van dit praktische leerboek voor het onderwijs in het analyseren en beoordelen van argumentatie in betogende teksten.
Trapp, Robert 1986
‘The role of disagreement in interactional argument’. In: JAFA, vol. 23, no. l, p. 23-41. De auteur voert een aantal methodologische bezwaren aan tegen de analyse van conversationele argumentatie door Jackson en Jacobs. Hij betoogt dat de wijze waarop zij gebruik maken van hun intuïties over taalgebruik de representatieve geldigheid van hun resultaten aantast.
Willbrand, Mary Louise, Richard D. Rieke 1986
‘Reason giving in children's supplicatory compliance gaining’. In: CM, vol. 53, no. 1, p. 47-60.
Verslag van een empirisch onderzoek naar de argumentatie die kinderen gebruiken om een verzoek ingewilligd te krijgen. Op basis van een analyse van de gebruikte taalhandelingen worden verschillende categorieën redenen onderscheiden. De auteurs concluderen uit de onderzoeksresultaten dat er een ontwikkeling plaatsvindt in de toegepaste strategieën.
|
|