Levenswoorden.
Over de schitterende spectrum-kleuren, die aan mijn horizon glansden, lag zelfs in mijn kindsheid de donkere ring der noodzakelijkheid, toen nog niet zwaarder dan een draad. Altijd is hij weer verschenen, totdat hij na jaren mij geheel dreigde te overschaduwen en mij zelfs in totale duisternis hulde. Het was de ring der noodzakelijkheid, die ons allen omvat; gelukkig degene voor wien hij, door een vriendelijkschijnende zon veranderd wordt in een ring van plicht, van waaruit schoone, prismatische straalbrekingen spelen.
Carlyle.
Gehoorzaamheid is ons aller plicht en bestemming, waarbij hij, die niet buigen wil, moet breken.
Carlyle.
Ligt de wortel van diepen ernst niet in gestrengheid en huiselijke afzondering en moet van hem uit niet elke edele vrucht groeien?
Carlyle.
De meeste menschen zijn nog in de kinderjaren, daar hun passieve neigingen grooter zijn dan hun activiteit.
Carlyle.
Ik ben begonnen in te zien: men moet den ergsten vijand als toekomstig vriend reeds eeren en mijn vrienden wil ik helpen als zulken, die mijn vijand kunnen worden. Der vriendschap haven telt maar al te veel verzande plaatsen.
Sophocles.