De Tijdspiegel. Jaargang 69

[p. 310]

Tijdschriften.

Onze Eeuw. Maandschrift voor Staatkunde, Letteren, Wetenschap en Kunst, onder redactie van P.J. Blok, P.D. Chantepie de la Saussaye, G.F. Haspels, E.B. Kielstra, K. Kuiper, Jhr. H. Smissaert en W. van der Vlugt. Haarlem, de Erven F. Bohn.

De Juni-aflevering wordt geöpend met het begin eener voorlezing door Dr. B.J.H. Ovink over Nietzsche en het Christendom. Geertruida Carelsen schrijft over eene ‘Duitsche kruidenzoekster’ Amalie Dietzich; Prof. Dr. H. Logeman over Björnson's Arnjot Gelline.

De Gids. Onder redactie van H.T. Colenbrander, C.Th. van Deventer, J.N. van Hall, A.A.W. Hubrecht, E.J. De Meester, W.L.P.A. Molengraaff en R.P.J. Tutein Nolthenius. Amsterdam, P.N. van Kampen & Zoon.

In de Juni-aflevering vervolgt de heer Joh. de Meester zijn novelle ‘De zonde in het deftige dorp’. Dr. J. Prinsen J. Lzn. begint eene beschouwing over den ouden en den nieuwen historischen roman in Nederland. Dr. N. van Suchtelen maakt een plan voor organisatie en taak eener internationale politie. Gedichten van A. Roland Holst en P. Otten worden gevolgd door een schets van Augusta De Wit: ‘De jager’. Dr. H.T. Colenbrander herdenkt Mr. J.A. Sillem. Dr. Jan Veth bespreekt de schilderkunst in de Amsterdamsche vierjaarlijksche tentoonstelling en bezingt den gouden regen.

De Nieuwe Gids, [mede nieuwe serie van de Twintigste Eeuw en het Tweemaandelijksch Tijdschrift], maandschrift voor letteren, kunst, wetenschap en wijsbegeerte, onder redactie van: Dr. A. Aletrino, Dr. H.J. Boeken, Lodewijk van Deyssel, Mr. Frans Erens, Willem Kloos, Jac. van Looy, Frans Netscher. Uitgegeven te 's Gravenhage door de N.V. Electr. Drukkerij ‘Luctor et Emergo’.

In de Juni-aflevering vervolgt de heer Herman Heyermans zijn Berlijnschen roman. ‘Het vergif’ is de titel eener novelle van Aart van der Leeuw. De Heer H.S.M. van Wickevoort Crommelin beschrijft de bron van China's wijsheid. ‘Naar Brussel’ is de titel eener novelle van Frans de Backer. Mr. G.J. Grashuis begint schets en toets van het Rapport der ‘Aaneenschakelingscommssie’. De verzen in deze aflevering zijn van Joannes Reddingius, S.G. Reddingius - Van Harlingen, Victor E. v. Vriesland en P.N. van Eyck.

De Beweging, algemeen maandschrift voor letteren, kunst, wetenschap en staatkunde, onder redactie van H.P. Berlage Nz., T.J. de Boer, Albert Verwey, Is.P. de Vooys. Amsterdamsche Boekhandel, Amsterdam.

In de aflevering van Juni schrijft Albert Verwey over vereeniging van kunstenaars en Prof. Is.P. de Vooys over beroepskeuze van arbeiderskinderen. De heer P.N. van Evck vervolgt een gedicht over den kluizenaar in de woestijn. De heer Dr. J. Prinsen J. Lzn. bespreekt een roman van Drost, getiteld ‘De Augustusdagen’. Prof. Is.P. de Vooys zingt zijn toorn uit, dat Berlage niet werd uitgenoodigd tot mededinging voor den bouw van een stadhuis te Rotterdam. Dr. C.G.N. de Vooys bestrijdt F. van Eeden's spelling. De heer H.P. Berlage Nz. draagt Amerikaansche reisherinneringen bij. Jacob Israël De Haan bezingt het Joodsche nationale fonds.

[p. 311]

Stemmen des Tijds, Maandschrift voor Christendom en Cultuur. Onder redactie van Dr. W.J. Aalders, Mr. A. Anema, Mr. P.A. Diepenhorst, Dr. P.J. Kromsigt, Dr. J.C. De Moor, P.J. Molenaar, Dr. E.H. Renkema, Mr. V.H. Rutgers, Dr. J.R. Slotemaker de Bruine, Dr. J.Th. De Visser, Dr. B. Wielinga. Utrecht, G.J.A. Ruys.

In de Juni-aflevering schrijft Dr. J. Molenaar over den invloed van Jean Jacques Rousseau. Dr. A. van Veldhuizen verdedigt een nieuwe bijbelvertaling. M.W. Maclaine Pont opent een roman of novelle ‘De zonnestraal’. Dr. B. Wielinga besluit zijn bespreking over Calvinisme en Spinozisme. Dr. D.J. Hamburg handelt over bacillenvrees en de voorzienigheid Gods. Dietrich von Oertzen geeft een zeer juist overzicht der verhoudingen in den nieuwen Duitschen Rijksdag. P.M. dicht eenige ‘etsjes’, gevolgd door ‘Tulpen’ van Heinrich Petermeyer.

Ons Tijdschrift. Christelijk letterkundig maandblad onder redactie van L. Bückmann, C. Gerretson, J. Lens, G. Schrijver, Dr. J. van der Valk. 's Gravenhage, D.A. Daanme.

In de aflevering van 15 Juni verhaalt Dr. J.H. Gunning J. Hz. zijn reisindrukken uit Poriugal. Mr. H. Verkouteren zet zijne beschouwingen over eerlijkheid in de politiek voort. De heer G. Schrijver vangt een novelle of ‘intermezzo’ aan, getiteld ‘Vage Figuren’ en Franck Gericke bezingt den tuinman. Mr. G.J. Grashuis vervolgt zijn beschouwingen over christelijke vroomheid.

De Ploeg, geïllustreerd maandblad van de Wereld-bibliotheek. Redactie: L. Simons, directeur; Louis Landry, secretaris. Uitgaaf der Maatsch. voor goede en goedkoope lectuur, Amsterdam.

De heer Is. Querido vervolgt in het Juni-nummer zijn studie over Jacobus van Looy. Het geïllustreerde relaas der architektonische indrukken van den heer H.P. Berlage Nzn. in Amerika wordt besloten. De heer W. Steenhoff schrijft over de vierjaarlijksche tentoonstelling van schilderkunst te Amsterdam. De heer Sam. Goudsmit geeft een speech in tooneelvorm voor een socialistisch werkhuis.

De Witte Mier, Redacteur: J. Greshoff, Uitgever: C.M.B. Dixon, Apeldoorn, gedrukt bij Van der Wiel te Arnhem.

De Juni-aflevering bevat een portret van Willem Royaards door H. Berssenbrugge met een artikel over dien kunstenaar door Dr. H. van Loon. Voorts artikelen over Cruikshank's Aquarellen, door Mr. A.H. Cornette en Heiligenlegenden door Mr. Fr. Erens. De heer Dirk Bouts draagt bij tot een inzicht in de psychische openbaring der puberteitswording. Mej. Marie P. Fellinga kondigt Prof. Witkowsky's werk aan over de ontwikkeling der Duitsche literatuur sinds 1830. Over Duitsche smout- en biljetkunst schrijft de heer A. van Doorn, over uitgeversalmanakken de heer Ary Delen, over Boekkunst de heer C.M.B. Dixon, over Kunst en Zedelijkheid de heer H. van Loon.

Onze Kunst, geïllustr. maandschrift voor beeldende kunst; hoofdredacteur Dr. P. Buschmann Jr.; rubriek Ambachts- en Nijverheidskunst onder redactie van de ‘Nederlandsche Vereeniging voor Ambachts- en Nijverheidskunst’, redactie-commissie S.H. de Roos, Jac. Ph. Wormser, H. Fels, Jac. van den Bosch, Marg. Verwey, secretaresse. Uitgave der naamlooze vennootschap ‘Onze Kunst’ Antwerpen, voor Nederland: L.J. Veen, Amsterdam.

Het Juni-nummer is bijzonderlijk gewijd aan de miniaturen naar aanleiding van de te Brussel gehouden miniaturen-tentoonstelling en bevat niet minder dan zestig afbeeldingen naar de oorspronkelijke werken, waaronder buitengewoon interessante en zeldzame voorkomen; de tekst van den heer Paul Lambotte, bestuurder in het Ministerie van Wetenschappen en Kunsten, geeft een helder beeld van hunne artistieke en kunst-historische beteekenis.