De Tijdspiegel. Jaargang 27(1870)– [tijdschrift] Tijdspiegel, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 477] [p. 477] De wacht aan den Rijn. 't Hoogduitsch nagezongen door F.H. van Leent. Er stijgt een kreet, die onheil spelt Van flikkrend staal en woest geweld, En dreigt den Rijn - den Duitschen Rijn! Wie zal den stroom tot hoeder zijn? Ontrust u niet, mijn Vaderland, Uw wacht houdt aan den Rijnstroom stand! En aller hart ontvlamt in gloed, In ieders oog straalt heldenmoed, En Duitschlands zonen, vroom en stout, Bewaken 't Erf hun toevertrouwd. Ontrust u niet mijn Vaderland, Uw wacht houdt aan den Rijnstroom stand! En wie er sneev', het schaadt u niet: Geen vreemd'ling schendt uw stroomgebied. Want groot en krachtig als uw vloed, Is Duitschland rijk aan heldenbloed! Ontrust u niet, mijn Vaderland, Uw wacht houdt aan den Rijnstroom stand! En bij den hemel, die dáár blauwt En zacht op onze dooden schouwt, Zweert Duitschlands kroost steeds onvervaard: ‘De Rijn blijft Duitsch, als Duitschlands aard!’ Ontrust u niet, mijn Vaderland, Uw wacht houdt aan den Rijnstroom stand! Zoolang ons laatste bloed niet stremt, En nog één vuist het zwaard omklemt Zoolang één hand de buks omspant, Betreedt geen vijand ooit uw strand! Ontrust u niet, mijn Vaderland, Uw wacht houdt aan den Rijnstroom stand! De vijand naakt! - De strijd vangt aan: Hoog wappert onze legervaan. Op naar den Rijn - den Duitschen Rijn! Gansch Duitschland zal zijn hoeder zijn! Ontrust u niet, mijn Vaderland, Uw wacht houdt aan den Rijnstroom stand! Arnhem, 19 Oct. 1870. Vorige Volgende