nen te doen optreden die onze belangstelling in hooge mate wekken. Te meer verwondert ons daarom de titel van dit boek, dien wij niet juist kunnen noemen: ‘Eleonore's overwinning.’ Wij hebben voor het woord overwinning, vooral op zedelijk gebied, een onbepaalden eerbied. 't Is de zege na worsteling en strijd, die, hoe moeijelijker ze zijn, de overwinning des te luisterrijker maken. In Eleonore zien wij die overwinning niet, al geven de laatste bladzijden van het boek er eenigen schijn van. Eleonore's ‘voldoening’ zou een gepaster titel geweest zijn; want het geheele doel van haar leven, waar zij tot zelfs haar huwelijksgeluk aan opofferde, was aan een wraakzucht te voldoen, die bestendig knaagde aan de rust en het geluk van haar leven.
Wij waarschuwen hier echter onze Lezers om zich onder het beeld van Eleonore geen monster voor te stellen. Neen, wij zouden ons zeer vergissen als de wraakzuchtige geen gevoel van medelijden opwekte, ja, als haar zelfs geen bewondering ten deel viel, als zij, in elk geval, geen verschoonend oordeel verwierf. Want hoe onwaardig het gedrag van haar vader ook ten haren opzigte was, zij miskende zijn liefde voor haar, door welk een lagen hartstogt ook overschaduwd, niet. Die liefde was daarentegen bij haar de bron eener kinderliefde, die tot de grootste opofferingen in staat was en haar uit een hooger zedelijk oogpunt zelfs misdadig kon maken. Wij stellen dat beginsel der liefde in Eleonore op prijs, maar betreuren het, dat het niet edeler in haar werkte om zijn invloed ook ten aanzien van den bewerker van het ongeluk haars vaders te openbaren.
Wij weten 't wel: Eleonore had een gebrekkige opvoeding genoten, allerminst een christelijke, maar wij vinden haar later, toen zij eenzaam en verlaten was, in gezelschap van een paar menschen die zich haar lot aantrokken en wier edel karakter meer invloed op haar kon hebben uitgeoefend.
Inderdaad Signora Picirillo en Richard Thornton zijn een paar figuren die het verhaal werkelijk opluisteren. De eerste laat zich overal kennen als eene verstandige en liefderijke Christin, de laatste als een edel jongeling, tot de grootste opoffering, het offer zijner liefde zelfs bereid, waar hij het belang van Eleonore bevorderen kan. Hun invloed op Eleonore's karakter kon wel niet achter blijven, maar zou voorzeker krachtiger hebben gewerkt, als zij in de jaren, waarin de indrukken het sterkst zijn, een anderen leidsman had gehad dan dien dwazen, geruïneerden verkwister - haar vader - die tegen de wereld uitvoer, omdat hij zijn geld verspild had en zijn plaats in de wereld door verstandiger lieden was ingenomen. Het verwondert ons dus niet, dat er zwarte vlekken waren in het karakter van een meisje, dat door onkunde en gebrekkige opleiding in haar jeugd in staat was een heidensch plan op wraak met den christelijken pligt van kinderliefde te verwarren.
Wij treden niet verder in de détails van dit verhaal, dat, als wij zeiden, zich aangenaam laat lezen en wij het lezend publiek gaarne aanbevelen. Het onderscheidt zich onder de vele flaauwe, langdradige, zoetsappige, dweepzieke Engelsche romans, door krachtige taal, gezonde levensbeschouwingen en heldere, frissche opmerkingen.
Over het geheel is de vertaling wèl gelukt. De vertaler had ons echter het herhaalde lang, goud, bruin haar en grijze oogen wel kunnen besparen. Een welgevormde kromme neus (D. I. bl. 43) is ons een rariteit: een welgevormden gebogen neus kunnen wij ons beter voorstellen. Beuzelziek (D. I. bl. 51) komt ons geen gezonde woordkoppeling voor. Om mijn haar te doen (D. II. bl. 171) voor: mijn haar op te maken is wel wat heel erg. Op eenige drukfouten willen wij geen aanmerking maken om den schijn niet op ons te laden van te willen vitten waar we zooveel tot aanprijzing zeiden.
H.