ook hierdoor wederom billijke aanspraak heeft verworven op den dank van het publiek. Gelijk het ons welkom was de brieven, vroeger in den Tijdspiegel afzonderlijk geplaatst, tot een geheel vereenigd, te ontvangen, zoo vooronderstellen wij ook dat velen zich gaarne door hem op zijne wijze zullen laten rondleiden te midden van de schoonheden der natuur, soms ook van de voortbrengselen der kunst. 't Spreekt wel van zelfs, dat iemand, als Lublink Weddik, niet gereisd heeft met duimstok en passer en liniaal, noch zich heeft beijverd om wat elders in gedrukte reisbeschrijvingen te vinden is bijeen te zamelen, of in andere vormen weder te geven. 't Is even weinig te verwachten, dat hij in den vreemde alles door een donker gekleurd glas heeft gezien. Zijne eigenaardige opmerkingsgave, zijn humoristisch combineren van het ongelijksoortige, waardoor soms een lezer, die weinig vatbaarheid of Sinn voor den humor heeft, verslagen zit te kijken, zijn diep gevoel, zijn tact om het ware schoone en verhevene met een enkele vingerwijzing aan te duiden, dit alles vindt ge in deze tafereelen, die vooral door rijke en schoone natuurbeschrijving uitmunten, en somwijlen in hooge mate het godsdienstig gevoel wekken, waar ze de pracht van het land der bergen voor uw oog trachten te ontvouwen. Zichzelven heeft de schrijver niet altijd kunnen voldoen, waar hij nu of dan zijne onmagt gevoelde, om de grootsche tooneelen, die hem omringden, in het kleed van het woord en de taal te hullen; ons heeft hij menigmaal bij het lezen in verrukking gebragt, of in stilte een traan doen afwisschen, of tot aanbidding van den Schepper gestemd.
Worde het hem nog meermalen gegund, met den trouwen broeder, aan wien deze tafereelen met enkele regelen van diep gevoel zijn toegewijd, meer of minder uitgestrekte togten te doen, terwijl wij hun op deze, even als op den grooten levenstogt, van ganscher harte goede reis, in den volsten zin des woords, toewenschen.
Hun, die dit lieve boekske nog niet zagen, zij berigt, dat het zeer smaakvol en keurig is uitgegeven, en met een fraai plaatje van het Thuner meir is versierd. Wij bevelen deze reistafereelen derhalve hiernevens elken reislustige aan: aan hen, die zelven de schoone streken bezochten, welke hier geschetst worden, maar vooral ook aan hen, die zich moeten vergenoegen met 's winters bij den haard te reizen. Overigens trotseren wij bij onzen lof moedig de aanmerkingen van dezen en gene, die het misschien niet zal kunnen overeenbrengen met zijne begrippen van onpartijdigheid, dat de Tijdspiegel zelf aanprijst, wat hij vroeger in zijne kolommen had opgenomen. Wij twijfelen niet, of het smaakvol publiek zal ons oordeel onderschrijven. Ééne grieve slechts! De lijst van drukfouten (hier komt het aapje bij den recensent uit de mouw) mag niet op volledigheid bogen.