te eenenmale: ‘geteld, gewogen, te ligt bevonden.’ - In het beschrijvende is zeer veel goeds, in de schetsen van plaatsen, van menschen, in de voorstelling van karakters is soms poëzij genoeg om het effect te doen van de Italiaansche school, naauwlettendheid genoeg om aan de Hollandsche te herinneren. En toch liet het geheel bij ons den indruk na, alsof wij een' meester in gedachten verzonken schetsjes en trekken op een papier zagen maken, waarbij hij wel een hoofdplan had, doch dat hem niet duidelijk voor den geest stond, om daaraan al zijne aandacht te wijden. - Dien indruk maakten Eugenius Stillfried en Katharina, de patriciër en het groente- en bloemenmeisje op ons. Vrouw Schoppelman en hare beide zonen, scherper geteekende en gemakkelijker weder te geven karakters, met de grovere meer gemarqueerde trekken, kwamen ons beter gelukt voor, zoo mede mevrouw Stillfried en de schelmachtige justitieraad Werner, die bijna stereotype is geworden. Evenzoo vonden wij in de schouwburg-bijzonderheden tal van Reminiscenzen uit Göthes Wilhelm Meister en Aus meinen Leben, mogt ook menige scène, waarin Eugenius en zijn vrolijke raadsheer (lustige Mentor) bij het zwervende leven met het tooneelgezelschap, goed zijn geschetst. Het denkbeeld van de Lijmsudia is bij het mofsche af; en toch doet de president daar een verhaal [van blz. 284-326 I d.] uit den jongsten oorlog in Italie, waar de schrijver toont dat hij zich beweegt op een gebied, waar hij te huis mag heeten. Daar is alles leven, het akelige trouw, maar niet grell voorgesteld. Wij lazen zelden eene beschrijving van eenig gevecht, die zoo aanschouwelijk mogt heeten.
Ons oordeel is niet geheel ongunstig. Het boek zal voor velen een aangenaam onderhoud opleveren, en onderscheidt zich inderdaad nog gunstig van zoo menigen prul-roman, als in den laatsten tijd uit sommige Duitsche hoofden en van sommige Duitsche persen kwam, waarin lamheid en gewelddadige overspanning elkander den distel schijnen te betwisten, en waarvan wij gaarne met Bilderdijk's woorden zeggen:
‘Maar dichten? Wijndamp is 't, de hersens doorgegaan.
chon.