| |
| |
| |
Losse hoofdstukken uit de levensgeschiedenis van Steven Kraanvogel.
Jeder neue Erzieher wirkt weniger ein als der vorige, bis zuletzt, wenn man das ganze Leben für eine Erziehanstalt nimmt, ein Weltumsegler von allen Völkern zusammengenommen nicht so viele Bildung bekommt, als von seiner Amme.
jean paul, Vorrede zur Levana.
| |
(Vervolg. Zie Tijdspiegel 1853, II, bladz. 135.)
II. Opvoeding en eerste ontwikkeling.
O, heerlijk en grootsch en moeijelijk werk, om uit den kleinen mensch eenen grooten dito te vormen, om eerst te bakeren, te wasschen, te verschoonen, te reinigen, dan te voeden, voor de ontlasting, juist te gelijker tijd voor de kleine nog half ingesluimerde ziel te zorgen, en het miniatuurverstand, dat op halfsoldij is geplaatst, te ontbolsteren; om al verder de voetjes te leeren staan, en weldra naar de voorgeschrevene natuurwetten te bewegen; om voor vallen en stooten en builen te bewaren; om den leiband en den valhoed, als eerste veiligheidskleppen op 's levens gevaarlijke stoomvaart, in praktijk te brengen! om later het gewigtige en groote oogenblik te begroeten, als het A-B-boekje verschijnt, - en de sp-a - de u-il - de ke-el, zich afdrukt in het sensorium van den mensch in 18vo formaat; als deze eerste vormleer wordt ontwikkeld, en het kind van de natuurbeschouwing - dat is hier de kinder-eet-speel-kamer-beschouwing in den geheimzinnigen kring der letterklanken - o heerlijk vergezigt - in dat der ‘denkbeelden’ wordt overgevoerd: ja, waar het verfrommeld schoolboekje, met de grove prentjes, een volstrekt onbekende wereld opent - waar het kleine schepsel reeds kennis moet maken met geheel onbekende en onnoodige voorwerpen-: een aap - een leeuw - een stier - met alles waar het nog niets van begrijpt - alsdan versmelt de eerste voeding, de ligchamelijke vooruitgang, de progressie van vleesch en bloed en spier, door papkom, door papbeschuit, meer en min aangelengde melk, fijngestampte worteltjes, en zeer malsch vleesch - in de geestelijke opvoeding. - Ook daar wordt mede de melk der waarheid en levenswijsheid zeer verdund en aangelengd door de afdalende lessen en verduidelijkingen van den vader, op de duizend en een wel en niet te beantwoorden vragen van den aanstaanden - denker - door de welgekozene
| |
| |
en bedachtzame vergelijkingen en scherpzinnige ophelderingen, welke de teedere moeder onophoudelijk aan haar lief kind mededeelt, waar het altijd oneindige, onbetamelijke, onverwachte - quaesties poseert - en eene weetgierigheid vertoont, die het ouderlijk geduld op eene martelproef zet. - O voeding, opvoeding, en doorvoeding en invoeding van het kind, hoe gaarne zoude ik op deze wijze tien hoofdstukken vullen, ware het niet dat Pestalozzi, Rousseau, - en een heirleger opvoeders mij den pas hadden afgesneden, en bovenal de kundige Amsterdamsche geneesheer Allebé, in zijn onlangs verschenen werk, - het Kind, - door het Nut van 't Algemeen tot nut van 't algemeen. - Nu wacht ons de taak, om over de opvoedingstheorie der ouderenfirma - Kraanvogel en Cie, de noodige berigten onder de oogen der zeer welwillende lezers te brengen-: ‘en Compagnie?’ - vraagt ge - wat beteekent dit nu alweder? Hebben de ouders dan deelgenooten en vennooten, commanditairen of geldschieters, in het gewigtige werk der opvoeding? - Zeer zeker, en dat mag wel in onze notulen aangeteekend, tot heil van u allen die kleine kinderen hebt verkregen, of nog hoopt te verkrijgen. - De opvoeding, beweren wij, gaat steeds en compagnie - de zaak wordt vennootschappelijk behandeld - wij zullen bewijzen, bewijzen, mijnheer en mevrouw! - De eerste compagnon die dadelijk participeert in winst en verlies - is de baker - vervolgens wordt geassumeerd als werkend deelgenoot - de arts - later de zusters en broeders, ooms en tantes, de familie - weldra de leermeesters binnen en buiten 's huls, - deze noodzakelijke vennooten bij de firma: ‘vader en moeder’ of: ‘papa en mama,’ en op deze wijze wordt de compagnieschap zeer uitgebreid-: eene associatie-kas, eene handelmaatschappij, eene assurantie-compagnie. - Ook de vrienden Kraanvogel moesten ondervinden, dat Steven-minor van zeer vele zijden te gelijk werd bewerkt,
en opgevoed, en voor het aanstaande leven behoorlijk ontgonnen en oirbaar gemaakt - met egge en ploeg en velerlei mest.-
Het aanstaande leven! - Ik stel mij met den lezer of mogelijk de lezeres, vlak voor den zeer kleinen Steven, die er nog zoo aartsdom, zoo onnoozel, zoo dik en rood, zoo mollig uitziet - die de eerste danspassen op 's levens koord beproeft, en eens met ons allen, tegen wil en dank, geweldige en gevaarlijke luchtsprongen zal moeten maken. - Het aanstaande leven van een kind! - O kleine Steven! en alle kleine Stevens met een! - vergun mij hier het hart eens aan uw wiegje, of nevens de compagnon no 1, de baker, die u de beentjes boven de vuurmand warmt, uit te storten-:
Kind, mensch, zondaar, onsterfelijke- deugniet, boef, vrome, held, rentenier! - met welke namen u aangesproken, nog dartelend aan den limbus infantum hier op aarde, in het duister kinderenrijk! nog half, meer dan half dier-mensch, gekerkerd binnen den engen kring van hoogstens een half dozijn gewaarwordingen-: honger, dorst, slaap - en pijn - ja, pijn! - Het is ook uw lot geweest, kleine Steven! om, zoo als wij allen, schreeuwend in de wereld te komen, zoo als wij er met u weder zuchtend uitgaan, - een pijnlijk, een omgekeerd, een karikatuur-Io vivat! voor den student in de levensschool van:?? jaren, waar hem dadelijk na zijne eerste ontgroening, door de natuur, en den vroedheer of
| |
| |
vroedvrouw, als rector magnificus de eerste bul wordt overgereikt, alzoo:
‘Gepromoveerd, N.N. uit 's moeders ligchaam, voor het pijnlijke, het aangename, het korte, of het langere leven. - Aldus afgegeven op den eersten levensdag, om weder in te leveren op den doodsdag.’ - Uw aanstaand bestaan, kleine, spartelende, onrustige wereldburger, ligt nog onder den gezigteinder. - Gij zult even als wij uw deel verkrijgen-: ‘keizers-, konings-, torenwachters-, ook bedelaars-kinderen! - voorwaarts! - rigt u! - in het gelid! - marsch! - Het groote commandowoord luidt sedert zesduizend jaren onafgebroken-:
en - voegt de lezer of lezeres er als ophelderende en zeer juist bij-: ‘ook de vrouw.’ - Als wij de zaak uit het regte oogpunt beschouwen, hebben wij deernis met u, arme, naakte, weerlooze schaapjes op de weide, kleine stukken menschen-vleesch, die zoo verbazend teêr, breekbaar, malsch en buigzaam zijt - uwe eerste opvoeding is welligt de gewigtigste. - O! als die wreedaardige, onmeêdoogende, dikke, breede, roodwangige vrouw - de baker - (de eerste loodsboot, die op 's levens zee bij het uitzeilen wordt geseind en aangenomen -) als deze u den weeken schedel drukt, verdrukt of verkneust, of met het hoofdje op den grond laat vallen - dan verdringt door eene enkele onvoorzigtigheid de slaperige compagnon in de groote handelszaak der opvoeding - den toekomstigen denker, den grooten wijsgeer, den beroemden dichter, den voortreffelijken wiskundige - de machine wordt dadelijk bedorven en de geest, het levensbeginsel, zucht en hapert, zwoegt en zwijgt, of suft en verdooft door een geheel leven heen - alles door den barbaarschen vingerdruk - eener baker-! Ziedaar uw eerste levensgevaar, kleine Steven! mogt gij en alle kleine diermenschen, eer zij geest-mensch worden, aan dat vreesselijke gevaar ontkomen! - en dan de volgende ontwikkeling, de eerste indrukken-: het eerste flaauwe en schemerachtige morgenlicht van deugd, waarheid, liefde en godsvrucht - door hoevele zwartgemaakte of bestovene of opzettelijk verkeerdelijk geslepene prisma's komt u dat licht - in vreemde straalbreking in hoofd en hart-! een kaars - een nachtpitje - een stinkend oogenblikkelijk luciferslicht, naarmate de ouders met de vennooten u dat kunnen en willen toedeelen. - Kind, mensch, ongelukkig, allerverbazendst afhankelijk wezen! - wat zijt geongeloofelijk lijdelijk, passief- zoo lijdelijk, als naar de orthodoxe leer van sommige stelsels - de mensch - een blok en een steen - fungus et truncus - waar alles door Gods genade en den
Heiligen Geest wordt gewerkt en verrigt - en de mensch niets doet - dan het kwaad - lijdelijk zijt ge - en kunt u niet verdedigen, ongewapende held des levens als men u dadelijk de vrijheid ontneemt - de vrijheid zeg ik: - uwe ligchamelijke en geestelijke vrijheid - als men uwe armpjes en beentjes, waarmede gij zoo gaarne ongedwongen schermt en trappelt - onmenschelijk knevelt, bindt, boeit, alsof ge een gevaarlijke struikroover waart - als men u in verstikkende wollen dekens wikkelt, in bloedrood baai, alsof ge een groenlander waart, en het eerste warme kraamkamerleven een Siberische winter voor u - een 1740! - uw hoofd bedekt en omwindt - en alleenlijk ontbloot om het met benevelenden sterken drank - gruwel! - rum of brandewijn te was- | |
| |
schen - of dan, als de belangstellende vennooten de lieve kleine eerste blonde of zwarte hairtjes moeten bewonderen-: uw eerste pruikje, dat later door een tweede pruikje zal vervangen worden, als het leven, het lijden, de ouderdom, de ziekte, of het klimaat, of duizend andere (apokryfe) hulpmiddelen u den schedel kaal hebben geschoren. - Uwe vrijheid reeds zoo vroeg weg, mijn lieve! - en gij zult die nimmer, nimmer herkrijgen! - nimmer: - de baker begint - en Freund Hain besluit - daarover later - maar ik zie het reeds, als ik den blik werp in uw aanstaand leven - gij zult u wreken, wreken op al die mannelijke en vrouwelijke cipiers, serjants geweldigen, en inquisiteurs - als gij jongeling zijt geworden zult ge deze banden en boeijen verwerpen, verbreken, vertrappen - en het leven zoo vrij instormen - dat ge u, links en regts, bont en blaauw stoot - en weldra, zoo als op den eersten dag uwer levens- en geboorte-promotie - weder schreeuwt of huilt - maar nu wordt het een pijnlijk, langdurig, akelig stenen en kermen - nu komt het geweten er bovendien bij, waar ge bij de baker nog niet mede te maken hebt - en gij erkent dat uwe verworven vrijheid u ten verderve bragt!
Arme Steven! is het wel de moeite - juister en beter gezegd-: der pijne waardig - om het leven te entrepreneren? om de hemel- of hellevaart te beginnen, waartoe gij geroepen zijt? Arme, lieve, nog zoo schuldelooze Steven! - wij vergelijken u bij den reiziger, die te Freiburg in Baden is aangekomen - naar Zürich en Schaffhausen heentrekt, maar eerst door het Höllen- en Hexen-thal moet reizen - berg op en af - steil omhoog - wie waarborgt u dat de bergtogt niet een heksenvlugt zal zijn-? Mephistopheles voorop, naarden Blocksberg heen, dan naar beneden in den vurigen poel bij de geesten die branden en beven - in de hel? - Uwe opvoeding moge vooreerst aan vader- en moedertrouw zijn opgedragen - toch, al zijt ge ook behoorlijk en Christelijk gedoopt (zie het eerste hoofdstuk), toch zal u de zonde, in honderdduizendvoudigen vorm, niet ongemoeid laten - gij zult, even als al uwe voorvaders en overgrootvaders en dito -moeders, van grootvorst Adam en rijksprinses Eva af, - het aanstaand leven - door-eten - door-drinken - door-slapen - door-tollen - door-hoepelen - en principaal - door-zondigen - daar kan zelfs de kerk- of huis-doop en alle geloofs-artikelen van uwe belijdenis of uwe biecht en oorbiecht en ook uw geweten - niet vóór of tegen - ja, al wierdt ge ook later door Mormonen, of Methodisten, of Afgescheiden gereformeerden voor een wedergeboren heilige verklaard - gij zult toch met allerlei zonden, als de luipaard met de vlekken - bedekt en zigtbaar blijven - en dat weten uwe ouders, dat weten vader en moeder Kraanvogel, dat weten ook de burger-buurvrouwen en jufvrouwen, die echter nog altijd herhalen: ‘wat een lief schaap van een kind’ - of ‘wat een aardig wurmpje’ - of ‘'t is een dotje! - dat weten zij allen - en wij met hen - daarom is wel de eerste getuigenis over den kleinen aardbewoner - gewoonlijk: ‘een lief
kind’ - spoedig de tweede suppletoire: ‘maar een stout kind’ - later: ‘een ondeugend kind’ - alweder later: ‘een onhandelbaar kind’ - eindelijk: ‘een zondig menschenkind’ met of zonder geld, rang, titels, rente, en best adellijk, of troebel gemeen - bloed. - Zoo laat zich het aanstaande leven, wat u, Steventje! betreft, beschouwen, en wij zien
| |
| |
er magtig, magtig groot bezwaar in, hoedanig gij, goed en wel, door en uit het leven komt - dat is de gevestigde overtuiging van uw braven, deugdzamen vader, Kraanvogel den eerste - hij wil uit u een tweede Kraanvogeltje, eene tweede, veel verbeterde en herziene en gecastigeerde editie maken, met nieuwe letter en zonder druk- of zondenfouten. - Wij zullen alweder in eene volgende maandzien, hoedanig de man daar slaagt. Vaar voor heden wel, allergeduldigste lezer!
Spiritus Asper en Lenis.
|
|