Christelijke redevoeringen, Van Dr. W.E Channing. Uit het Engelsch, door J.J. Swiers, Pred. te Havelte. Te Groningen, bij J.B. Wolters 1852.
Zoo eenig geschrift zijne eigene aanbeveling medebrengt, het zijn de Christelijke redevoeringen van Dr. Channing, waarvan wij het tweede stuk voor ons hebben. Voor wie het eerste stuk hebben gelezen, zou alle aanprijzing overbodig zijn niet alleen, maar zelf wantrouwen verraden aangaande den goeden smaak van zijne lezers. Zoo het menschen zijn, die prijs stellen op degelijke lectuur, lectuur, die het verstand verrijkt en tevens het gemoed verbetert, zij moeten zich hebben verheugd, zoodra zij vernamen, dat er een tweede stuk van ter perse lag, zij moeten met gretigheid er de handen naar hebben uitgestrekt, zoodra het de pers had verlaten, zij moeten niet hebben gerust, vóór zij het geheel hadden doorlezen. Wij hadden het eerste stuk niet gelezen, maar niet zoodra hadden wij kennis gemaakt met het tweede, of wij ontboden het eerste van onzen boekhandelaar. In omgekeerden zin is het gewis zoo met allen gegaan, die met het eerste stuk waren bekend geworden: de verschijning van het tweede was hun een oorzaak van blijdschap, en met ons zien zij verlangend uit naar alle volgende stukken, die de Eerw. Swiers zal gelieven tot ons te brengen. Geen woord meer ter aanbeveling! Het zou smaad zijn voor Channing. Zijne redevoeringen, teregt met den naam van Christelijk bestempeld, daar zij vol zijn van den geest van Christus, zijne redevoeringen moeten opgang maken. Dringend noodigen wij den vertaler uit, om niet lang te wachten met de vervulling van zijne belofte, om Channing weldra weder tot ons te laten spreken. Wij zouden ons bedroeven over ons lezend publiek, zoo de uitgever zich niet opgewekt gevoelde, om daartoe mede te werken.