Kinder-litteratuur.
III. De kleine Generaal, of met God is alles mogelijk, naar het Hoogduitsch van Ernst Fritse. - Nijmegen, J.F. Thieme.
Men heeft gezegd en moge het zelf verantwoorden -: ‘als de buren - de Duitschers en de Franschen, ons niet hielpen in den letterkundigen nood, wij kwamen er niet - we moeten met onze buitenlandsche hulptroepen de zaken aan den gang houden.’ - 't Is gedeeltelijk waar - wat ons goeds en degelijks, ook voor de kinderwereld, van buiten af wordt aangeboden, moge, behoorlijk getoetst en beproefd, burgerregt verkrijgen. - Zoo leeft onder en bij ons vader Schmid, met zijne ‘paascheijeren’ en allerlei liefelijk kindergoed - en heeft zijne brieven van naturalisatie, niet uit den Haag alleen, maar van alle zijden bekomen, boven al van de heeren boekhandelaars. - ‘De kleine Generaal’ is een zeer lief, onderhoudend en nuttig kinderboekje, eigenlijk een werkje voor knapen en meisjes; meer geschikt voor de aankomende zonen Adams, dan voor de kleine dochteren Eva's. - De held der geschiedenis moet, even als puer Ascanius, ‘veel dragen, en zwoegen, en lijden,’ maar komt eindelijk, na verbazend veel lotwisseling, te regt. Er komt van alles in voor wat een jeugdig menschenpersoon kan eischen -: veldslagen, generaals, verwondingen, tegenspoeden, en boven al Frits de Groote, de goede, de krachtige - zoo een koning nog uit de ‘oude doos,’ die eene klassieke tint medebrengt, en iets meer heeft gedaan dan eten, drinken, slapen, jagen, en posten begeven. - De