II. Het ultra-protestantismus is blind.
Hartstogt benevelt. Het ultra-protestantismus is blind voor Romes goed, de roeping der protestantsche kerk, Gods weg.
De Roomsche kerk heeft Christelijks: Zij belijdt den Vader, gelooft in den Zoon, in haar werkt de Geest. Zij heeft Christelijke liefde, Christelijken moed, Christelijke kracht, Christelijke eeredienst. De Roomsche kerk is eene lagere ontwikkeling van het Christelijke bewust zijn. Langs omwegen voert zij tot God, maar zij voert tot Hem. Het ultra-protestantismus ziet het niet. Van den booze zou Rome's oorsprong, heidensch zijne eeredienst, duivelsch zijne bedoeling, onchristelijk geheel zijn wezen zijn.
De Protestantsche kerk heeft haar ideaal nog niet verwezenlijkt: zij miskent de werking des Geestes in de ontwikkeling der kerk, is eenzijdig verstandelijk, helt over tot subjectivisme. Dat miskent het ultra-protestantismus; in zijne oogen is de Protestantsche kerk de volmaakte, hare opvatting van het Christendom de alzijdige. Haar roeping om niet slechts voort te protesteren tegen onwettig gezag, maar ook zichzelve op te bouwen op haren grondslag, het zaligend geloof in Christus, verliest zij daarom uit het oog. Zij acht zich reeds aan het doel. Zij vergeet hare roeping om meer kerk te worden.
Gods weg miskent het ultra-protestantismus. Eene kerk, door God eeuwen lang bewaard, nog gedragen, kan niet antichristelijk zijn; eene school, waarin