ziel schijnen te bezitten, dan hun inktpot oplevert,’ maar thans komen er grootsche en schoone gestalten uit die vertalers inktpotten te voorschijn, en het is niet te miskennen, dat de overgang van der logge ganzen veder tot de vlugge stalen pen door vooruitgang is vergezeld. Hier en ginds gonst ons immers een ‘botervlieg’ (vlinder) van vriend Boudewijn om de ooren - elders waarschuwt ons het Handelsblad tegen ‘doorloop’ en al wat de ‘verduwingswerktuigen’ in wanorde kan brengen. Wij hadden vroeger het genoegen, om de lezers van den Tijdspiegel met de nieuw ontdekte Mythologische persoon hilfe (het zelfstandig naamwoord hulp) met den afgod van Berlichingen (Götz von Berlichingen), met het regt van den talion (der wedervergelding), bekend te maken, maar wij vleijen ons thans, dat velen het ons dank zullen wijten, als wij hen op een nieuw staaltje van onmiskenbaren vooruitgang, zij het dan ook ‘een kreeftsgewijze’ opmerkzaam maken. In de Karaktertrekken en historische Fragmenten uit het leven van den Koning van Pruissen, Frederik Willem III, door R.F. Eylert enz., IIIe deel, 1ste gedeelte, blz. 8 leest gij: het Pruissische leger en zijne Regimenten droegen daarom in hunnen schoot een zedelijk verderf, dat kreeftsgewijs om zich heen vrat, enz. Hoort het, liefhebbers van zuiver Hollandsch, voorstanders uwer schoone moedertaal, bestrijders van Germanismen, Gallicismen, Anglicismen enz., en huldigt den vertalersvooruitgang. 't Zal zekerlijk ‘krebsartig’ d.i. ‘kankerachtig’ wezen. Als gij dit vertaalde werk ‘onbevangen’ leest, en ‘ongeacht’ de Duitsche tint ten einde brengt, zult gij de ‘ervaring’ verkrijgen, dat de vooruitgang onder de vertalers heden ten dage, gelijk helaas! in menige andere zaken, een ‘kreeftsgewijze’ is.
ook een vertaler.