‘Ssstt’ deed Andrea opnieuw, maar nu bleef zij streng en aandachtig naar het doek staren (zij kneep niet zoals gewoonlijk in de bioscoop, haar lippen op mekaar zodat zij als een plooi (de plooi van iets) waren). De lichten gingen langzaam uit, de mensen praatten zachter, hoestten even, gingen gemakkelijk zitten.
‘De actualiteiten speel ik niet’, zei Andrea terzijde.
‘Dat zal ik even doen’, zei ik. ‘De ski-kampioenschappen. Ik ben Zeno Collo. Hier komt deze zoon van het zonnig Italië, waarop alle...’
‘Neen’, zei Andrea driftig en hield mijn ski-ende arm tegen. ‘Neen. Nu komt de hoofdfilm.’
‘Je hebt gezegd dat wij het gehele programma zouden spelen’, riep ik.
‘Neen,’ zei Andrea. Zij schudde haar natte hoofdje. ‘Ik wil meteen de hoofdfilm spelen, anders loop ik de deur uit.’
‘O.K. Doe maar je zin.’ zei ik.
Andrea stond recht en gooide een halsdoek van haar, met bloedrode cirkels op een oker veld over het nachtlampje. Zij deed haar mantel uit en haar blouse. Haar matte, bruine schouders en de lange, volle armen staken af tegen haar glinsterend gezicht met de treurige ogen. Zij was een arm meisje met hangende armen en een gebogen, smalle rug, zij was doofstom en gaf de kippen voeder in alle hoeken van de kamer en keek mij aan met alles-begrijpende, wijde ogen.
‘Jij bent de kwade stalknecht’, zei Andrea. ‘Je moet mij verkrachten, als mijn ouders naar de markt zijn.’
‘Neen, Nu nog niet’, zei ik, want ik was niet gereed.
Zij streelde de hoge paarden, schrok van hun plots gehinnik, liet haar vingers door hun manen dwalen. Zij danste met de kinderen die rond de molen woonden, telde af met een spits vingertje in het rond: Ik en Jantje zaten in een mandje, Jantje riep, Ik ben het niet’, ging dan in het hooi-bed liggen. Zij bewoog haar mooi, doofstom gezicht, en wreef met haar nek en haar schouderbladen langs het hooi, alsof zij alleen was, zij had haar ene been lichtjes in de hoogte geplooid.