Drieu la Rochelle
Joost Van de Venne
Ik geloof, het was Just Havelaar, die in ‘De Stem’ naar aanleiding van Remarque's ‘Im Westen nichts Neues’ eens schreef: ‘de enige weldaad van de oorlog is de drie of vier onvergetelike meesterwerken die over hem werden geschreven.’ Sedert Just Havelaar dit schreef zijn er niet drie of vier oorlogsboeken geschreven, maar drie- of vierhonderd: Duitse, Franse, Engelse, Tsheckse, zelfs Nederlandse. Frankrijk vooral heeft de roes van het oorlogsboek op een behendige wijze weten uit te baten: André Thérive, Arnoux, Florian Parmentier, Maxence, Louis F. Céline, Galtier-Boissiere en tal van anderen waren er als de kippen bij om hun lotgevallen en belevingen van 14-18 te boek stellen. Sommigen met sukses, anderen zonder sukses, maar toch allen (en dit in tegenstelling met de Duitse oorlogsboeken) zeer litterair getint, wat ze dan ook, in een zekere zin, meer waarde geeft dan de meeste Duitse boeken.
Drieu la Rochelle, een der vooraanstaanden uit de na-oorlogse generatie, die reeds zooveel schreef over het instinkt, de ziel, de psykologie van de oorlog en talrijke essays publiseerde die in een of ander opzicht de oorlog als onderwerp behandelen, geeft ons op zijn beurt met ‘La Comédie de Charleroi’ een oorlogsboek, of liever een bundel oorlogsnovellen die dan ook m.i. het beste oorlogsboek vormen dat ooit door een Fransman werd geschreven. Men bewondert hier de kunst van het verhalen, vlug en bondig, direkt en zonder welsprekendheid; en wanneer ik schrijf welsprekendheid, bedoel ik niet alleen de overtolligheid der opgeblazen beschrijvingen, en der opgeblazen gevoelens die het kenmerk zijn van een overgroot aantal onleesbare oorlogsboeken, maar ook de platheid, de alledaagsheid, de afgezaagdheid, zowel als de moed, de wanhoop, de angst en de dood, de verrotting, de beestachtigheid en de huivering die eveneens hun opgeblazenheid en hun speciale lyriek bezitten. Daardoor is het aan sommige oorlogsboeken gelukt, gedurende een tijdje, aan de smaak van het groot publiek te gemoet te komen, zelfs nog door sommigen te worden