beeld geven in het stellen van onzedelijke daden. Het is de overtuiging der Vlaamsche katholieke jongeren, dat fierheid en beginselvastheid meer bewerkstelligen zouden, al ware het ook niet onmiddellijk, dan toch na afzienbaren tijd, dan lamlendigheid, schipperen en knoeien. Het kan veel beter zijn niet ‘iets’ te willen en het geheel te blijven betrachten om het uiteindelijke ook te bereiken, dan met een kleinigheid voor goed te worden afgescheept.
En ten slotte is het ook, maar in mindere mate een kwestie van personen. Hier evenals in al het overige, moet het heil van het katholicisme zelf het aanzien, de ambitie of het vooroordeel van een persoon oneindig overtreffen. Wie door zijn aanblijven schade berokkent aan de katholieke zaak, diene edelmoedig aan zijn mandaat te verzaken. Wie de verzoening in den weg staat, moet verdwijnen. Wij hebben niets aan de mannen die niemand dan zich zelf vertegenwoordigen, niets dan hùn belangen, en alleen de zaak en het geloof kennen om ze uit te buiten tegen een politiek tegenstrever. De leiders, de vertegenwoordigers der katholieken dienen er overtuigd van te zijn, dat zij het schoonste dienen dat de aarde bezit, dat zij onwaardig zijn om het katholicisme te verdedigen, doch dat hun onwaardigheid het katholicisme niet mag worden aangerekend.
Daarmede meen ik aan een plicht te hebben voldaan. Dat alwie over dit onderwerp iets te zeggen heeft, thans spreke, in het besef der noodzakelijkheid, om het welzijn van het katholicisme zelf. Niet spreken om te spreken, niet strijden om te strijden of om veel kleinigheden te voldoen, doch omwille van het doel. En dat men deze regelen hier leze in den geest waarin zij geschreven zijn, met het inzicht een zaak te helpen wier grootheid ons allen eindeloos overtreft. Men moet uit dit betoog niet één of andere zin lichten, geen kritiek oefenen op personen of wellicht slecht gekozen uitdrukkingen, doch dat men voor oogen houde wat alleen waarde heeft en tot het schrijven heeft bewogen. Dat men vrijmoedig zij en zonder knepen. In deze aangelegenheid moet niemand gelijk halen; ik allerminst, doch wij moeten allen samen willen opdat desnoods dóór onze persoonlijke nederlagen, het katholicisme glansrijk overwinne!