Kronieken
Toneel Pieter G. Buckinx
Het Vlaamse Volkstoneel
Bij de opvoering van ‘Julius Caesar’.
Lode Geysen, de jonge regisseur van het Vlaamse Volkstoneel, die wij steeds hebben bewonderd om de sympathieke wijze waarop hij vaak vlammende (wie zegt daar onverdedigbare’?) pleidooien over politiek theater over het podium te werpen wist, heeft ons, reeds bij deze eerste vertoning van het Vlaamse Volkstoneel, zo niet voor zijn gewaagde regieopvattingen, dan zeker toch voor wat hij bereikte hier, gewonnen.
Gij zult mij toe roepen: Gijsen heeft niet alleen de tekst van William Shakespeare mishandeld door, vrij lange coupures, hij was zelfs zo roekeloos deze tekst te herwerken, en rollen bij te schrijven!
Ja! Geysen durft! mijn waarde. En om deze durf alleen reeds zou ik hem bewonderen. Zwijg a.u.b. over dat revolverschot, die sigaret en die vlaggetjes. Zwijg over de kostumering en het dekor, over al deze dingen waarvoor uw achtienswaardig hart zo gevoelig is. Gij hebt volkomen gelijk, Geysen heeft Shakespeare vermoord.
Mijn waarde, ga toch eens naar de schouwburg zonder deze beroemde naam op de lippen, zonder uw achting voor achtenswaardige auteurs en onderga nu eens wat u geboden wordt, en niets dan dat. Dan moet gij toegeven: hier werd een ‘actueel drama’ doorleefd; hier werd een ‘actueel drama’ op moderne wijze, rythmies en dynamies dus, gespeeld.
En, indien gij hieraan niet genoeg hebben moest, vergooi dan uw geld niet langer aan een ongezellige loge; koop een diepe klub en wees ervan overtuigd dat gij stilaan ouder wordt.
Hebt gij Johan de Meester toegejuicht? Geysen toch zet op merkwaardige wijze de weg voort die hij heeft uitgelijnd. Ik zou durven zeggen dat Johan de Meester intuitief voorvoelde waar hij naartoe moest. Lode Geysen heeft dit ‘verstandelik’ doorgewerkt: hij heeft de zekerheid dat het niet anders kan.
Daarom komt Geysen op zijn tijd, nu de meeste auteurs het moderne eksperiment angstvallig schuwden en zich, bijna hopeloos neer lieten in de diepe klub van daareven.
Geysen heeft de moed op nieuw avontuur uit te gaan. Hij verwerpt niets van wat wij reeds hadden veroverd. Wij juichen hem geestdriftig toe omdat hij ons geloof in het nieuwe heeft verhevigd.
Want deze vertoning was, spijts die enkele tekortkomingen, die spoedig zullen worden overwonnen, een groots bereiken, dat, en om de uitbeelding der rollen, èn om het gewaagde opzet der regie, zeker hoger mag worden aangeschreven dan de Hamletvertolking eertijds.