De Tijdstroom. Jaargang 1(1930-1931)– [tijdschrift] Tijdstroom. Tijdschrift voor kunst en letteren, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 257] [p. 257] [De Tijdstroom 1931 nr. 9] Gedicht Jan Vercammen Waarom zie ik u weer in die strakke rust van uw doorblankt gelaat en uw gevouwen handen, vader, nu over uw geboortedorp de late lente gaat, en over de gereikte bekers van de tulpen deze avond nog aan alle bomen zonnezaad bij trossen licht ontbloeien zal? Ge hebt die vreemde stem gehoord, die meevaart met de voorjaarsschaûwen in het dal: de dood is niet! - en zaagt, hoe bij dat enkel woord ik weer mijn blik naar uw gesloten voorhoofd liet. De dood is niet! Maar vader, die ik bidden weet totwaar niet een van mijn gebeden heeft gereikt, bid, dat ik weer dat woord vergeet, en uit uw diepe onmenselike leed de kracht gewinne vóór mijn voet begeeft en wijkt. Vorige Volgende