Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde. Jaargang 100
(1984)– [tijdschrift] Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 29]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
A. Berteloot
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 30]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
op zichzelf al een heel gevaarlijk uitgangsmateriaal voor taalgeografisch onderzoek vormenGa naar eind4, moeten we al het mogelijke doen om onnodige complicaties, die uit het gebruik van afschriften voortspruiten, uit de weg te gaan. Daar in het voorliggende geval de vervanging van lieden door luden of omgekeerd makkelijk het werk van een afschrijver kan zijn, moet dus bij het verzamelen van het materiaal het criterium van de originaliteit van het document aangelegd worden. Afschriften zijn onbruikbaar, falsificaties eveneens. Bij het samenstellen van de lieden/luden-kaart werd met opzet ook de inbreng van de afzonderlijke schrijvershanden buiten beschouwing gelaten, en dat terwijl we weten dat de taal van een oorkonde voor een groot deel - maar niet uitsluitend - door de schrijver ervan wordt bepaald. De complexiteit van dit probleem kunnen we ons het makkelijkst voor de geest roepen door originele oorkonden die door verschillende handen naar eenzelfde ontwerp werden gemundeerd, met elkaar te vergelijken. Nemen we bijvoorbeeld CG nr. 1496a. In tekst A vinden we vormen als den ghenen, bedreghen, nemmer en helt (nnl. hield), terwijl in tekst AA op dezelfde plaats den ghoenen, bedraghen, nimmer en hilt te vinden zijn, verschillen die zeker niet van zuiver orthografische aard zijn. We weten uit het Duitse onderzoek terzake hoe de herkomst, de opleiding en het milieu van een oorkondenschrijver zich op zijn taal kunnen uitwerkenGa naar eind5 en hoe complex bijgevolg reeds de taal bij één enkele schrijver kan zijn, zodat de neiging tot resignatie met betrekking tot de persoon van de mundator begrijpelijk kan worden. Maar, al zullen we voor de meeste scribenten van de 13de-eeuwse teksten wel nooit gegevens over hun leven en hun herkomst kunnen achterhalen, toch lossen we het probleem niet op als we het onderscheiden van de schrijvershanden gewoon verwaarlozen. Een andere factor waaraan de samensteller van de lieden/luden-kaart bewust geen aandacht besteedde, is de tekstsoort of het stijlniveau van de de documenten. Dat deze een belangrijke invloed op de taal uitoefenen, is herhaaldelijk aangetoondGa naar eind6. In het CG staan weliswaar overwegend documenten uit de zogenaamde Hochschicht, oorkonden dus, maar enkele stukken horen toch duidelijk in een andere categorie thuis, zoals de nummers 172, 308, 534, 601, 669, | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 31]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
700 enz. en niet in het minst het uit economische overwegingen niet in extenso afgedrukte Goederenregister van Oudenbiezen, CG nr. 295. Er zijn nog meer factoren die hun stempel op de taal van een oorkonde drukken, maar die we in de regel niet meer kunnen nagaan. Op de eerste plaats is er nog het dictaat van de oorkonde, dat uiteindelijk de lexicale en syntactische vorm van de tekst bepaalt. Hoe sterk bijvoorbeeld een Hollands dictaat de regionale kenmerken kan verdringen is te zien aan de beide oorkonden uit Zutfen (CG nr. 1849 en 1850). Maar om vast te stellen wie een oorkonde heeft ‘gedicteerd’, is vergelijkend onderzoek van een groot aantal teksten nodig, terwijl we er voor de 13de eeuw meestal slechts een paar ter beschikking hebben. Bovendien kunnen ook de uitgever, de ontvanger en de ontstaansplaats van een document hun sporen in de taal achterlaten. Hoe anders zijn de selen-vormen te verklaren in CG nr. 626 en 627, teksten van een Hollandse schrijver, die gewoonlijk sullen, solen of soelen spelt? Al schrijft hij hier naar een Hollands dictaatGa naar eind7, de oorkonden ontstonden in opdracht van de hertog van Brabant en wel te Brussel, zoals in CG nr. 627 uitdrukkelijk wordt vermeld. Als we aandacht hebben voor de oorspronkelijkheid van de teksten, voor het verschil tussen de schrijvershanden, voor de tekstsoort, voor dictaat, uitgever, ontvanger en ontstaansplaats van een oorkonde, dan zullen we het materiaal veel gedifferentieerder moeten bekijken dan dat bij het samenstellen van de lieden/luden-kaart het geval was, tenzij we van het standpunt uitgaan, dat zuiver statistisch tellen van vindplaatsen naar de waarheid kan leiden.
Om de bewegingen in het menggebied tussen het zuidwestelijke ie-blok en het noordelijke en oostelijke u-landschap te verklaren baseert Goossens zich vooral op de gegevens uit de kanselarij van de graven van Holland (KGH afgekort) en uit de door Gysseling wat willekeurig onder de rubriek Holland (HOL afgekort) samengebrachte documenten. Op basis van het diagram van figuur 1 besluit hij dat ‘de verschuiving in de procentuele verhouding van ie en uu over de laatste drie decennia van de 13e eeuw...betekent dat in deze periode de ie de uu verdringt, globaler uitgedrukt dat er al in de | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 32]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
13e eeuw Vlaamse expansie in de schrijftaal van de Hollandse grafelijke kanselarij is waar te nemen’Ga naar eind8. Het is daarom niet onbelangrijk met het oog op de bovenstaande bedenkingen de gegevens uit HOL en de KGH nader te bekijken. Figuur 1
In het register van schrijfcentra in het CG vinden we 18 nummers van oorkonden, die door Gysseling als ‘Hollands’ gekarakteriseerd worden maar die geen preciezere localisering toelaten en 200 nummers van documenten die met grote waarschijnlijkheid in de kanselarij van de graven van Holland zijn ontstaan. Uitgaande van de eis dat alleen originele documenten in aanmerking genomen mogen worden, kunnen we een hele reeks afschriften en vidimus-teksten op voorhand uitsluiten, maar ook daarna blijft er nog een respectabel aantal documenten over. In tabel I worden alle nummers opgesomd die aan het criterium originaliteit voldoen. De rangschikking gebeurde per schrijfcentrum, per schrijvershand en volgens datum. De handen werden genummerd naar hun oudste document. We duiden ze verder aan met een siglum (HOL of KGH) en een romeins cijfer. De paleografische bevindingen van Gysseling hebben we met die van Kruisheer, die een belangrijke studie over de grafelijke oorkonden heeft gemaaktGa naar eind9, vergeleken en waar beide van elkaar afwijken, hebben we geprobeerd op basis van hun argumenten tot een synthese te komen. In de schrijfcentra HOL en KGH blijven er na de schifting 174 originele teksten of tekstfragmenten over. Hoe is nu de verhouding tussen lieden en luden in deze oorkonden? Van de 52 handen zijn er slechts 21 die het woord geschreven hebben. In totaal zijn er 112 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 33]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
vindplaatsen te registreren: 71 maal vinden we het type lieden (63%) en slechts 41 maal luden (37%). Die percentages schijnen de bevindingen van Goossens aardig te bevestigen, maar als we ze op de tijdsas plaatsen, zien we toch een verschil: in de periode van 1271 tot 1280 zijn er geen vormen met ie, maar 5 met u (100%); tussen 1281 en 1290 treffen we 12 maal het type lieden en 12 maal luden aan; in het laatste decennium van de 13de eeuw noteren we 59 maal het type lieden (71%) en 24 maal luden (29%). Voorgesteld naar Goossens' model levert dit figuur 2a op. Zonder differentiëring naar de tijd krijgen we figuur 2b. Figuur 2a
Figuur 2b
De conclusie ligt voor de hand: er is een toename van het aantal ie- en in mindere mate van het aantal u-vormen waar te nemen. Of we daaruit mogen afleiden ‘dat er al in de 13de eeuw Vlaamse expansie in de schrijftaal van de Hollandse grafelijke kanselarij is waar te nemen’, kunnen we echter pas beoordelen als we onderzocht hebben hoe de afzonderlijke scribenten met beide vormen omgaan. In tabel II geven we een overzicht van de lieden- resp. li(i)den- of lijden- en luden-vormen per schrijvershand. Van de 21 kopiisten die het woord schrijven, zijn er 10 die luden spellen, 7 die alleen het type lieden kennen en 4 die beide vormen gebruiken. Opvallend is verder dat de jongste 5 handen uit de KGH zonder uitzondering luden schrijven. Bij de hand KGH VII is bovendien duidelijk een systematische overgang van i(i) naar u waar te nemen. De terugkeer naar i in document 22 is waarschijnlijk aan de invloed van de ontvanger van de oorkonde, de abt van het klooster te Middelburg, te wijtenGa naar eind10. Ook de handen KGH VIII en | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 34]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
XXIX schijnen van ie naar u te evolueren, voor zover we dat op basis van de weinige vindplaatsen met u in document 2 van hand KGH VIII en de vrij korte activiteitsperiode van KGH XXIX (maart 1299 tot mei 1300) mogen vaststellen. De 4 u-vormen in document 6 van de hand KGH XIX, die anders steeds ie schrijft, zijn vermoedelijk aan de ontvanger van de oorkonde, de bisschop van Utrecht, te wijtenGa naar eind11. We mogen hand KGH XIX waarschijnlijk als een zuivere ie-schrijver beschouwen. Een ontwikkeling van u naar ie, die we bij een Vlaamse expansie zouden mogen verwachten, kunnen we bij geen enkele scribent waarnemen. De indruk die de lieden/luden-kaart geeft is dus op dit punt misleidend. Inzoverre we uit een tijdspanne van hooguit dertig jaar besluiten kunnen trekken, moeten die verder gepreciseerd worden: in HOL/KGH is - misschien door beïnvloeding vanuit het zuidwesten - een sterke toename van de ie waar te nemen, maar een aantal scribenten schijnt zich daartegen af te zeten door in versterkte mate naar het autochtone (?) u terug te keren. We kunnen ons afvragen, waarom een diagram dat gebaseerd is op het absolute aantal vindplaatsen per decennium een verkeerde indruk wekt. Op de eerste plaats zal dit vermoedelijk aan het feit liggen dat het aantal documenten dat door de eeuwen heen bewaard bleef en bijgevolg ook het totale aantal vindplaatsen louter toevallig zijn. De selectie die de geschiedenis heeft doorgevoerd, heeft zich vanzelfsprekend niet naar de wensen van de filologen gericht. Er zijn echter karteringsmethoden denkbaar, waarmee we deze willekeur kunnen proberen in te dijken. We kunnen bijvoorbeeld, in plaats van gewoon alle vindplaatsen te tellen, slechts één vorm per document laten geldenGa naar eind12. Op die manier wordt vermeden dat een tekst waarin een vorm a zeer frequent is, de overhand krijgt tegenover een document uit hetzelfde schrijfcentrum, waarin de vorm b slechts één enkele keer voorkomt. Gebruikt een kopiist binnen één document echter beide varianten, dan zijn we verplicht hem dubbel te tellen. Toegepast op het geval lieden/luden levert dit de volgende gegevens op: tot 1280 is er 1 document met u (100%), geen met ie; tussen 1281 en 1290 zijn er 10 met u (67%) en 5 met ie (33%); tussen 1291 en 1300 vinden we er 12 met u (31%) en 27 met | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 35]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ie (69%). Dit levert het diagram in figuur 3a op. Doen we verder afstand van de presentatie op een tijdsas dan moeten we uitgaan van 58 documenten die lieden of luden bevatten, waaronder 30 teksten met ie (51,7%), 26 met u (44,8%) en 2 met ie en u naast elkaar (3,4%). Als we deze laatste met arcering zichtbaar maken, krijgen we figuur 3b; werken we met een dichotomie en tellen we de twee documenten met ie en u naast elkaar dubbel dan levert dit figuur 3c op (ie 53,3% en u 46,4%). Figuur 3a
Figuur 3b
Figuur 3c
Figuur 3a illustreert de constante toename van de u-vormen en de snelle toename van de ie maar nog geenszins de reactie van de jongere u-schrijvers op het dreigende overwicht van ie. Konden we tot hiertoe de rol van het toeval zover beperken, dat het aantal vindplaatsen per document geneutraliseerd werd, dan kunnen we nu nog een stap verder gaan door de schrijvershanden centraal te stellen. Als we per decennium voor elke schrijver slechts één vorm in aanmerking nemen, neutraliseren we ook het willekeurige aantal documenten dat elke scribent binnen die tijdspanne heeft geschreven. Zo verhinderen we bijvoorbeeld dat hand KGH XXIX met zijn groot aantal teksten het overwicht krijgt tegenover hand KGH XXXII met slechts 1 document. Gebruikt echter een kopiist binnen zo'n decennium de twee varianten, dan zijn we weer | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 36]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
verplicht hem dubbel te tellen. In het geval lieden/luden krijgen we dan de volgende verhoudingen: tot 1280 schrijft 1 hand u (100%); tussen 1281 en 1290 schrijven 5 handen u (62,5%) en 3 ie (37,5%); in het laatste decennium van de 13de eeuw vinden we 9 handen met u (50%) en 9 met ie (50%). Op de tijdsas uitgezet levert dit figuur 4a op. Doen we weer afstand van de tijdsas dan hebben we over de laatste drie decennia van de 13de eeuw gespreid nog slechts 7 scribenten met uitsluitend ie (33,3%), 10 handen met alleen u (47,6%) en 4 schrijvers die beide vormen gebruiken (19,9%). Tellen we de handen met zowel u als ie dubbel dan krijgen we 11 scribenten met ie (44%) en 14 met u (56%). Deze laatste mogelijkheden leveren figuur 4b resp. 4c op. Figuur 4a
Figuur 4b
Figuur 4c
Via deze voorstellingswijze zijn we in staat de toevalligheid van het absolute aantal vindplaatsen, van het aantal vindplaatsen per document en van het aantal documenten per schrijvershand te neutraliseren. Hier staan we dan echter aan de grens van het mogelijke, want de laatste toevalsfactor, namelijk het willekeurige aantal schrijvershanden die een schrijfcentrum representeren, is door de geschiedenis gegeven en kan zonder aantasting van de objektiviteit van de materiaalverzameling niet meer uitgeschakeld worden. We zouden bijvoorbeeld nog geneigd kunnen zijn de ie-schrijver KGH XIX uit te sluiten, omdat hij - te oordelen naar vormen als darde, | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 37]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
karst en arve - vermoedelijk een Vlaming isGa naar eind13. Hiermee zouden we echter een nieuwe factor van willekeur, namelijk het oordeel van de onderzoeker, introduceren.
We stellen dus vast dat een onderzoek dat de originaliteit van de documenten en de inbreng van de afzonderlijke schrijvershanden in aanmerking neemt, niet dezelfde resultaten oplevert als een dat van het totale aantal ‘tokens’ uitgaat en dat de grafische voorstelling van de resultaten naar gelang van het gekozen standpunt zeer verschillend kan uitvallen. Het aanleggen van de overige criteria waarmee rekening gehouden dient te worden bij het werken met historisch taalmateriaal, zoals de invloed van uitgever en ontvanger, van het dictaat en van het stijlniveauGa naar eind14, mogen bij de interpretatie evenmin buiten beschouwing gelaten worden.
Marburg/Lahn, december 1981
Adres van de auteur: Kraepelinweg 19 D-4540 Lengerich | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 39]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tabel I. De scribenten en de originele documenten uit de schrijfcentra Holland en Holland, grafelijke kanselarij
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 40]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 41]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 42]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 43]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 44]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tabel II. Lieden, li(j)den en luden bij de scribenten uit HOL en KGH
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 45]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|