Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde. Jaargang 47
(1928)– [tijdschrift] Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 111]
| |||||||
Fragment van een hs. van de mnl. bijbelvertaling van 1360.Onlangs viel de aandacht van een der ambtenaren van de Kon. Bibl. op een perkamenten boekband die een mnl. text bevatte. Bij onderzoek bleek het fragmentGa naar voetnoot1) terug te gaan op de ‘bijbel van 1360’, (Oude Testament); het is geschreven in een oostelik getint dialect. Het aan beide zijden beschreven blad, naar mij voorkomt te dateren uit de 1ste helft der 15de eeuw, is hoog 345, breed 235 cm.; bij het pasklaar maken voor de band in vroeger tijd is het zodanig verknipt dat aan weerszijden een der 2 kolommen text in de lengte doorgesneden is, zodat aan beide zijden slechts één ongeschonden kolom, en daarnaast een fragment van de andere is overgebleven. Elke kolom telt 52 regels; de breedte van het blad in ongerepte staat moet ongeveer 290 à 300 cm. geweest zijn. Aan de ene zijde staat boven de text ‘Regum’, aan de andere ‘Tercius’. Geen twijfel of dit stuk wijst op het bestaan van een vollediger hs. Waar kan de rest gebleven zijn? Gespaard is de text van I Kon. XIII, geheel, en van XIV, 1-4, beide voorafgegaan door corresponderende tekst uit de ‘Scolastica historia’, zoals we die in andere hss. van dezelfde soort aantreffen. Ter karakterisering volgt hier een fragmentje van caput XIII; ik plaats daarnaast de overeenkomstige text uit de bekende Haagsche Bijbel Y 401, (dl I, fol. 206a)Ga naar voetnoot2).
| |||||||
[pagina 112]
| |||||||
| |||||||
[pagina 113]
| |||||||
Voor het gemak van latere onderzoekers breng ik nog in herinnering dat, behalve het hier genoemde fragment, na de publicatie van mijn proefschrift ‘Over mnl. vertalingen van het Oude Testament’ (1903), nog bekend zijn geworden: een hs. op de gemeente-bibliotheek te Rotterdam, besproken door ondergetekende in Tdschr. Lettk. XXIV (1905), bl. 209-211; een hs. in het Museum van het Zeeuwsch genootschap te Middelburg, behandeld, vooral met het oog op de miniaturen, door Dr. A.W. Bijvanck in het Bulletin van den Oudheidkundigen Bond X (1917), bl. 260-275; een hs. in de Kon. Bibl. te Kopenhagen en een fragmentje op de Stadsbibliotheek te Lübeck, beide beschreven door Hans Vollmer, Materialien zur Bibelgeschichte .. des Mittelalters (1916), I, 2, bl. 143-150.
Nov. 1927. c.h. ebbinge wubben. |
|