Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde. Jaargang 27
(1908)– [tijdschrift] Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 248]
| |
Moedzalf.In den brief van Hooft aan Huygens van 30 Mei 1634, waarin het overlijden van Tesselschade's echtgenoot Crombalgh aan een bloedspuwing besproken wordt, vinden we het woord ‘moedtzalf’: De arts Pauw ‘bestondt hem (d.i. Crombalgh, die vreeselijk leed onder den dood van zijn dochtertje) eenen drank van moedtzalf in te geven, die hem opbrak met een weldighe zucht en eenigh bloedt, daer voorts heele plassen op volghden en vloejden tot hij doodt was.’ Hebben we in ‘een drank van moedtzalf ingeven’ een ietwat gezochte uitdrukking te zien voor ‘moed inspreken’, ‘troosten’, ‘exciteeren’ en is zij dus te vergelijken met (ook bij Hooft voorkomend) ‘hartzalf geven’, en ‘balsem op de wonde doen’? Doch hoe kan het troosten een bloedspuwing tengevolge hebben en nog wel eene, zoo hevig, dat ze een doodelijken afloop heeft?Ga naar voetnoot1) Kan de uitdrukking ook eigenlijk op te vatten zijn, zoodat dokter Pauw werkelijk een drank heeft ingegeven met het treurige gevolg? Nergens echter heb ik bij onze oude medici het woord ‘moedtzalf’ gevondenGa naar voetnoot2); kan het een vertaling zijn van het veel gebruikte unguentuin aregon (= helper)Ga naar voetnoot3) Nicolai, een panacee waarvan men de toebereiding kan vinden in de Pharmacopaea augustana (Gouda 1653) bl. 594 en in H. Elzevier's Apothekers Woordenboek (1740) I, 211?
Groningen. g.a. Nauta. |
|