Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde. Jaargang 27

Bladvulling.

Bij Tijdschrift XXVI, 67 en 68.

Dr. Vürtheim wijst¹⁾ op een 3^de voorbeeld van het uit de sage van Apollo en Cassandra bekende volksgeloof, dat door iemand in den mond te spuwen dezen een gave of kunst, speciaal de voorspellingskunst, ontnomen kon worden. In een verhaal op Creta over Glaucus wordt verteld, dat een ziener dezen koningszoon gedwongen de voorzeggingskunst heeft moeten leeren; de profeet weet echter zijn leerling die weer kwijt te doen worden door hem in den mond te spuwen. Ook in de Edda staat het sputum met de ziel in verband; ‘wird man berufen, muss man sofort ausspucken’, luidt een Germaansch voorschrift en minder wellevend gaat het voort, ‘allenfalls dem Berufenden ins Gesicht (Wuttke, Deutsche Volksaberglaube)’²⁾.

g.a. nauta.

1) In zijn Gidsartikel (October 1907, bl. 79) ‘Dioscuren’. Abusievelijk wordt in eene noot naar Taal en Letteren verwezen; bedoeld is het Tijdschrift v. Ned. Taalen Letterkunde.

2) Blz. 184.