Tiecelijn. Jaargang 20
(2007)– [tijdschrift] Tiecelijn– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 289]
| |
■ Philippe Proost
| |
[pagina 290]
| |
afb. 1aant.
Heel vlug ging ik ter plaatse kijken en inderdaad: de huisjes van de Kanteklaarstraat en de Isegrimstraat waren reeds verdwenen en van het Koning Nobelplein bleef ook niet veel over. Was het mogelijk dat de stad Gent geen ‘Reinaertwijk’ meer zou hebben in de toekomst? Aangezien de grond nog steeds eigendom was van de vroegere bouwmeesters ging ik aanbellen bij de (nu genaamde) Gentse Maatschappij voor de Huisvesting en werd er heel vriendelijk ontvangen door de directeur, de heer Putman. Deze laatste wist mij te vertellen dat in plaats van het verdwijnen van een Gentse ‘Reinaertwijk’, er een nieuw gepland gebouwencomplex de naam had gekregen van ‘Malpertuus Housing Project’. Ik kreeg zelfs inzicht in de plannen voor deze moderne wijk. afb. 2aant.
| |
[pagina 291]
| |
Bij het horen en zien van dit goede nieuws kende mijn Reynaertenthousiasme geen grenzen meer. In mijn wildste dromen zag ik al een officiële opening van deze nieuwe woonwijk met Reynaertreuzen en een reeks ludieke activiteiten rondom dit epos. De verantwoordelijke van de huisvestingsmaatschappij was heel begrijpend en in feite stond deze man heel positief tegenover een bredere aanpak van ‘Reynaert’ in zijn project. Op bepaalde punten echter moest hij mijn enthousiasme ietwat temperen. Zo bijvoorbeeld wat de straatnamen betreft. De meeste straatnamen zouden bewaard blijven, al dan niet op dezelfde plaats, afhankelijk van het veranderde stratenplan; de straatnaam die verdwijnt is de ‘Coppestraat’. Dit verwonderde mij ten zeerste, want de geplande wijk heeft in feite één straat meer dan deze die afgebroken werd. De directeur wist mij te vertellen dat de huisvestingsmaatschappij geen, of weinig, impact heeft bij de benaming van de straten. Dit hangt af van de Technische diensten van de Administratie van de stad Gent en die hadden een andere kijk op de zaak. Het Gentse schepencollege wenste in dit samenhangend geheel van straatnamen twee vreemde eenden in de bijt te zetten, namelijk twee namen van Gentse, vooruitstrevende politici, met name Amanda Foket en Lucienne (Herman-) Michielsen. Ik heb uiteraard niks tegen deze twee dames, maar ik vond dit heel jammer vanwege de eenheid van de toekomstige straatnamen en vooral vanwege de niet gevolgde logica. De nieuwe Reinaertwijk zou er dan als volgt uitzien (zie plannetje):afb. 3aant.
| |
[pagina 292]
| |
Bij deze straatbenaming veranderen een paar straten in ‘pad’; behalve het verdwijnen van de Coppestraat zijn alle andere namen gebleven plus... een Amanda Foketstraat en een Lucienne Michielsenstraat. Van zodra ik van deze nieuwe benamingen kennis had genomen, heb ik contact opgenomen met de heer Dieter Herregots, journalist bij de krant De Gentenaar om te trachten daar nog enige verandering in te brengen. Deze verslaggever deed zelf enig speurwerk en kwam zo te weten dat ‘er een inhaalmanoeuvre moest gebeuren wat betreft straatnamen van vrouwelijke politica's (te veel mannennamen) en dat vermits er niet alle dagen nieuwe straten voorkomen dit een enige gelegenheid was...’ (De Gentenaar, 22 maart 2004). Via een contactpersoon in de Gentse Stadsbibliotheek kwam ik te weten dat de kansen om het schepencollege tot andere gedachten te brengen nihil waren... het zij zo! Toch blijf ik bij de gedachte dat het mooi zou zijn mocht op dit nieuwe Koning Nobelplein een beeld prijken van één van onze bekende beeldhouwers, bijvoorbeeld Chris Ferket, en mocht er jaarlijks een Reynaertgebeuren in deze wijk plaatsvinden. Als ik echter zie hoe moeilijk het is om voor Tiecelijn, een pracht van een tijdschrift, steun te vinden, dan vrees ik ook voor ‘mijn’ Reynaertdroom!
Deinze, 28 juni 2007 | |
|