Tiecelijn. Jaargang 20
(2007)– [tijdschrift] Tiecelijn– Auteursrechtelijk beschermd27[Utrecht], 27 juli 2006 Paul Wackers aan Rik van Daele
Dag Rik, Ik ben niet zo'n bewaarder van spullen en ik houd persoonlijke en zakelijke dingen erg gescheiden. Ik heb dus niet zoveel Reynaertbrieven meer. Ik zal na de vakantie nog een keer zoeken of ik iets van Lulofs of Hagtingius aan mij kan vinden. - Ik dacht dat ik ze bewaard had, maar ik kan ze op het moment niet vinden. Ik heb wel brieven van Kenneth liggen, maar die gaan vooral over het MercatorboekGa naar eind1. dat er nooit gekomen is en die vereisen heel veel toelichting om de inhoud te snappen. Die zijn dus niet geschikt. In het attachment vind je de enige ‘brief’ van mijzelf die mogelijk geschikt is. Het is een attachment bij een mail aan Baudouin van den Abeele, Gabriella Parussa en Richard Trachsler. Hij gaat over de manier waarop BrianGa naar eind2. en ik Reinardus gerund hebben en hoe wij vieren daarmee verder zouden kunnen gaan. Kijk maar eens wat je daarvan vindt. Hij zal wel vertaald moeten worden. En als je hem selecteert moeten we de geadresseerden om toestemming vragen. Ik zou heel erg pleiten tegen opname van een brief over de subsidiekwestie. Ik zou dat zelf unfair, egocentrisch en kinderachtig vinden. We kunnen best met het Fonds van mening blijven verschillen (hoewel ik vond dat hun toelichting op jouw bezwaarschrift een redelijk en verstandig stuk is.) Het enige waar ze niks over zeggen en wat Tiecelijn wel bijzonder maakt, is dat er een toenemend aantal mensen is dat bereid is te betalen voor de inhoud daarvan. En dat is echt bijzonder in de huidige tijd - maar dat is een andere kwestie), maar dat moeten we buiten de pagina's van Tiecelijn houden. En als we er wat over zeggen, dan rechtstreeks via een editoriale opmerking van jou. Hartelijke groet Paul (ik heb vanaf maandag vier weken vakantie; dan hoor je dus een tijdje niks)
Bijlage: The activities of the editors of Reinardus
Context: In 2006 publiceerde Tiecelijn een Reynaertbrievennummer waarin een beeld wordt geschetst van diverse aspecten van de Reynaertstudie en de naleving van het verhaal. In de voorbereidende gesprekken en mails werd overal gezocht naar brieven, ook bij de redactieleden. In het nummer (2006/3) werden uiteindelijk 70 brieven gepubliceerd. (Zie ook brief 29.) De doorgemailde brief werd uiteindelijk niet opgenomen. Er werd beslist om in het themanummer geen brieven met betrekking tot Tiecelijn op te nemen en deze brieven te bewaren voor publicatie in dit allerlaatste nummer van het driemaandelijks tijdschrift. Uit het schrijven blijkt ook dat | |
[pagina 243]
| |
de subsidiekwestie rond het Vlaams Fonds binnen de redactie met veel tact en terughoudendheid werd/wordt behandeld.
Paul Wackers (o1950) is hoogleraar Historische Nederlandse letterkunde voor 1500 aan de Universiteit Utrecht. In 1986 promoveerde hij op een proefschrift getiteld De waarheid als leugen. Een interpretatie van Reynaerts historie. Behalve over de Reynaerttraditie publiceerde hij vooral over de raakvlakken tussen de Latijnse en de Middelnederlandse traditie. Sinds 1987 is hij secretaris/penningmeester van de International Reynard Society en redacteur van Reinardus, het jaarboek van die Society. In 2005 werd hij voorzitter van dit internationale gezelschap. Hij is Tiecelijnredacteur sinds 1998 en publiceerde diverse artikels in dit tijdschrift. |
|