intro
Reynaert en Tiecelijn op het informatiepad
Vossen betreden slechts zelden snelwegen. Als dit toch gebeurt, dan zijn de gevolgen veelal fataal. Het beeld van een dode vos langs een drukke verkeersweg is stilaan niets meer om bij stil te staan. Sommige vossenkenners zijn ervan overtuigd dat de versnelde intrede van de vos in Vlaanderen te verklaren is door het feit dat vossen zich via snelwegen vanuit de wilde Ardennen naar Vlaanderen begeven. Wij vermoeden dat zij veeleer via natuurlijke biotopen en de kromme rivierlopen naar het meer verstedelijkte Vlaanderen zijn gekomen. Reynaert voelt zich immers beter thuis op kromme paden. De suggestie van de jagers dat het vooral groene jongens zijn die de vossen in Vlaanderen uitzetten, lijkt ook vergezocht. Of zijn het misschien Reynaerdofielen die de vos ‘te Vlaendren waert’ hebben gebracht? Vosje blijkt zich in elk geval opnieuw in Vlaanderen thuis te voelen.
Geen betere kameleon dan de vos. Reynaert adapteert zich aan elke tijd, vindt in elke tijd zijn eigen jasje. In het laatste decennium werd hij ook heer en meester van het kleine schijfje. In Vlaanderen en Nederland bracht Jo van Eetvelde in 1991 een krachttoer tot stand door het verhaal in drie uur, 36 minuten en enige seconden op cd te vertolken. Een portret van de voordrachtskunstenaar en een terugblik op zijn exploot vindt de lezer in een volgend nummer. In de Duitse boekhandel was dit jaar een boek met de tekst van Goethes Reineke Fuchs te vinden mét een cd. Een specifieke Reynaert-cd-rom is wellicht niet meer voor dit millennium, maar is wel wenselijk. De tekst van het Middelnederlandse vossenverhaal (Comburgse handschrift en ook enkele fragmenten) is wél reeds op cd-rom te vinden, met name op een wonderbaarlijk (enige kinderlijke verwondering is de beginnende informatiesnelweggebruiker niet vreemd) schijfje van twaalf centimeter doorsnede waarop én het volledige Middelnederlandsch woordenboek én het volledige Corpus Gysseling staat, aangevuld met diverse tientallen teksten op rijm en in proza. De onderzoekersdroom om eens tegen betaalbare prijzen deze standaardwerken en teksten op de kop te tikken, wordt meteen gerealiseerd. Door de diverse zoekfuncties kan je in seconden een woord doorheen al deze teksten opsporen. Een onderzoeker die dit schijfje niet bezit, behoort tot een verloren generatie. Het onderzoek zal nooit meer hetzelfde zijn ... het gemijmer over papiergeur en prachtig ingebonden banden ten spijt. Integendeel, in onze schrokzucht naar nog meer informatie verwonderen we er ons over waarom het Dyckse Reynaerthandschrift en de integrale Comburgse codex niet op de cd-rom staan.
Het meest tot de verbeelding sprekende artefact in het land van de koning Wonder van de technologie is natuurlijk het Internet. Ook op deze informatiesnelweg loopt Reynaert kromme paden. Wie op de trefwoorden Reynaert/Reinaert inlogt, komt bij de meest wonderlijke fenomenen, maar vindt tussen de ballast enkele interessante sites. Zo de website van de International Reynard Society: http://www.hull.ac.uk/FR_Web/fox.html met een bescheiden homepage. Ook Reynaertteksten (in het Nederlands en het Duits) zijn op het Internet te vinden. Hiervoor tikt u op het scherm de wonderlijke formule http://www.dds.nl/~ljcoster in. Fraai wordt de site van Reynaertland Hulst, die wellicht in november op het Internet verschijnt. Lochristi heeft zelfs een eigen koning Nobel (film-)website.
De vzw Tiecelijn-Reynaert past zich evenals de vos aan de nieuwe informatiewegen aan. Vanaf 1 oktober kunnen zij die over een internetaansluiting beschikken,