Reynaert in prent en ex-libris
Een van de meest populaire thema's in de internationale wedstrijd Reynaert de vos in prent en exlibris was de confrontatie tussen vos en raaf. Zelfs in deze tijd zonder seksuele taboes is het opvallend dat deze scène nog meer in trek is dan het avontuur van Tibeert met als climax de (hemi-)castratie van de pastoor. Maar deze laatste scène is als een der meest gekozen thema's in de catalogus Reynaert de vos in prent en exlibris toch goed voor vijf ex-libris.
Vele decennia lang viel de castratiescène zowel in de hertalingen als in de illustraties in de taboesfeer. In de op universiteiten gebruikte reeks ‘Van alle tijden’ bijvoorbeeld, was het wachten tot 1971 tot de lezer volwassen genoeg geacht werd om de tekst volledig te smaken.
In de laatste hertaling van de Reynaert door Henri van Daele, Reinaart de vos met als ondertitel De felle met de rode baard (Altiora, 1996), mag het slachtoffer pastoor heten en poedelnaakt Tibeert met het spinrokken van zijn vrouw meppen waar hij hem raken kan. De hertaler vervolgt: ‘De pastoor hief het spinrokken voor de genadeslag. Tybeert, die dacht dat zijn laatste uur geslagen had, sprong uit pure wanhoop tussen de benen van de pastoor en beet een ferme hap uit zijn kruis.’ Van Daele zet op het ultieme moment een stap terug, of zet toch zijn hertalingsweg niet verder. Bij Biegel, Decorte en Jonckheere geschiedt de aanval ook tussen de benen, maar die gaan voluit verder en ronden de aanval van Tibeert af. Is er deels invloed van Ernst van Altena? Die laat Tibeert ook de pastoor in het kruis springen, maar vervolgt: ‘in die zak van naadloze huid waar men het klokkenspel mee luidt.’ Volgens de naamgenoot van de hertaler (beter bekend als de grote Van Dale) is ‘kruis’ in anatomische zin het onderste gedeelte van de rug en overdrachtelijk de schaamstreek. Maar Henri van Daele heeft het zeker over deze streek, want Julocke jammert bitter: ‘Kijk nu toch, Martinet! Dat duivelse beest heeft heel de beiaard van je vader om zeep geholpen. Zelfs als het geneest, hebben we het plezier wel gehad, zowel hij als ik.’ Julocke zal haar kruis moeten dragen.
De bekende Nederlandse tekenaar-illustrator Peter Vos, huistekenaar van Vrij Nederland, heeft in zijn typische stijl Van Daeles hertaling geillustreerd. Hij kan tussen de regels lezen. Op zijn tekening (p. 25, onze p. 72) grijpt de pastoor, loensend van de pijn, naar zijn geteisterde beiaard. Achter de muur omklemt Reynaert zijn buik, hij lacht zich bijna te barsten. Waarom heeft Peter Vos de ‘poedelnaakte’ pastoor in een mantel gehuld?
Dezelfde vraag zouden we kunnen stellen aan Pavel Hlavaty als we zijn ex-libris (p. 74, kleurets-aquatint) nader bekijken.