Reynaert in prent en ex-libris
‘Reynaert is een schijnheilige bedrieger. Hij is op zijn sterkst wanneer hij ontmaskert. Niet zelden doet hij dit door zelf een masker op te zetten, soms door zich te verkleden als pelgrim, als heremiet of als monnik, meestal door een verbaal masker.’ (Rik van Daele, Ruimte en naamgeving in Van den vos Reynaerde, Gent, 1994, p. 536-537.)
Achter een masker kan men zijn ware bedoelingen verbergen. Reynaert verborg zich vooral achter een verbaal masker, soms gehuld in een aangepaste vermomming. Zo kon hij zich voordoen als een bepaald type en zijn listige praatjes aanvaardbaar maken voor zijn dikwijls wantrouwige toehoorders. Zo liep ook Canteclaer in de val. De haan dacht dat de vos door de honden verjaagd was uit zijn veilige schuur. Maar: ‘Als een kluizenaar keerde hij weer. Hij toonde mij een brief met uw zegel en vertelde, dat gij, o koning, alle misdaden vergeven en een algemene vrede afgekondigd had, zoals die letteren bevestigden. Ik ben nu der wereld afgestorven, zei Reinaart en hij toonde mij zijn pelgrimstas en pij.’ (A. Hans, Reinaart de Vos, Antwerpen, Opdebeek, 1961, p. 14).
Hier kunnen we ook nog, naast het taalmasker en de verkleedpartij, spreken van valsheid in geschrifte. Verschillende ex-libriskunstenaars hebben Reynaert ook een andere pij aangemeten en een masker voorgehouden. Volodymir Taran uit Oekraïne heeft op zijn kopergravure-ex-libris (p. 18) een naakte man afgebeeld die een vos rond zich wikkelt. Als een vermommingspij, of als een pelerine zoals de vrouwen in de belle époque? De kunstenaar speelt zijn commedia dell'arte zelfs met twee maskers. De vos houdt de man een masker voor en ook de kop van Reynaert is een masker. Zo kan de artiest Reynaerts snuit verlengen en biedt hij Tiecelijn een zitje. De raaf zit zo dichtbij dat Reynaert wat moet loensen om begerig naar de kaas te loeren. De prent oogt als een wereld van schone schijn, zoals het hof van Nobel. Ze houden elkaar een masker voor. Opvallend zijn ook de slakken onderaan de prent. De afbeelding is gewikkeld in hun slijmdraden, een gemakkelijk te doorbreken kordon. Of is het een metafoor en is Reynaert in geen enkel keurslijf te vangen? Of is niets wat het schijnt te zijn? Reynaert is dertiende-eeuws, maar ook postmodern: hij duldt geen regels, is individualistisch en schept chaos. Zoals ook deze postmoderne kunstenaar in zijn prent geen logische ordening volgt. Op het eerste gezicht lijkt het wel chaos.