28 augustus 1995 werd het (voorlopig?) finale beeld geplaatst, voor het eerst een duo; vader en dochter. Cantecleer en Coppe samen met enkele jonge kuikens in wit beton, verheven boven de laaggroeiende trosrozelaar Cantecleer met zijn kardinaalrode kleur. Bij de recente persvoorstelling bedankte de beeldhouwer zijn gulle opdrachtgever en bedacht hem met een gouden Reynaert. |
Telkens een beeld onthuld werd, daagde de lokale pers massaal op. Het stramien was steeds hetzelfde. Voorstelling van beeld en roos in de buurt van het ‘Ambachtelijk Weekend’, de grootste Wase jaarlijkse toeristische manifestatie, Reynaertvoordracht, een literaire situering van het personage, een receptie nadien. Delforges tuin werd een ware Reynaertambassadeur, een aparte promotor van het Reynaertverhaal in het Waasland en daarbuiten. De krantetitels liegen er niet om: ‘Nieuw Waas visitekaartje: Rosa Reinardiana Wasiana’, ‘Reinaertroos verwerft burgerrecht’, ‘Tiecelijn landt in Belsele’, ‘De Reinaertrozentuin in feeststemming’, enzovoort. Begin augustus wijdde De Standaard meer dan een halve bladzijde in de wekelijkse groenrubriek aan de tuin. De firma Delforge publiceert geregeld een mededelingenblad voor de ‘vrienden van de rozentuin’ en publiceert tal van kleurige folders en een aparte brochure over de Reynaertrozentuin.
De Reynaertrozentuin, in de zomer een kleurrijke, lieflijke tuin in het Reynaerdiaanse Belsele (de plek in het verhaal waar Isegrim en Reynaert elkaar, volgens de vos, voor het eerst zouden hebben ontmoet) ligt onbeschut als een uitnodiging open voor het publiek. Het kwam dan ook hard aan voor iedere liefhebber van bloemen, beelden of literatuur, te moeten vernemen dat de tuin in de lente van dit jaar werd bezocht door vandalen. Een bende brutale kinkels en lomperds hakte in op de beelden, trok Grimbeert van zijn sokkel en ontvoerde Cuwaert. Er werd een beloning van 100.000 frank uitgeloofd voor wie tips kon geven die naar Cuwaert en zijn ontvoerders leidden. Terzelfdertijd werden ook rozestruiken vernield en andere met gifstoffen besproeid. Gewoon vandalisme of geraffineerde sabotage?
Gelukkig kan enthousiasme niet uitgevlakt worden, zelfs niet door brutale vuisten. Cuwaert staat (in nieuwe gedaante) weer op zijn sokkel, Tiecelijns poot is weer bijgewerkt en Grimbeert staat opnieuw in een betonnen voetstuk. Het herstel kostte een bom duiten. Reynaert staat echter in het rozenhart van Wilfried Delforge geschreven. Het was dan ook billijk, bijna vanzelfsprekend, dat hij op Pinkstermaandag in het kasteel Wissekerke te Bazel tot ridder in de Orde van de Vossestaart werd verheven.
Marcel RYSSEN