niet bij. Aan de hand van Aloïs' artikel over de geografie van de Reynaert werd een Reynaerttocht in elkaar geknutseld. En effectief uitgevoerd. Eerst met de bus van Hulst naar Daknam, van Reynaertbank naar Reynaertbank. En bij iedere bank werd weer het meest toepasselijke fragment gespeeld. Mitsgaders we meteen er wat toeristische noten bij kraakten en ook landschappen opzochten die vandaag nog min of meer herinneren aan het Reynaertlandschap. Dit werd des te gemakkelijker wanneer we van de Reynaerttocht een fietsrally maakten. In groepjes van drie en gewapend met een tochtboekje waarin Reynaerdelijke en toeristische vragen. Zigzaggend door het Wase landschap: van Sint-Niklaas naar Belsele, van Belsele naar Boudelo, van Boudelo naar Daknam.
Maar de Reynaertactiviteiten bleven niet beperkt tot luchtige analyse en speelse tocht. Iedere student moest een Reynaertmotief of -figuur manueel-creatief verwerken. Men tekende, boetseerde, schilderde, ontwierp collages, decors, affiches, ook werden taferelen uit de Reynaert gereconstrueerd. Alle denkbare technieken kwamen aan bod. Het resultaat werd samengebracht in een tentoonstelling die toegankelijk was voor de gehele school. Met vernissage incluis.
Reynaert kwam tot leven, werd een vertrouwde gezel. En het hele pakket breidde jaar na jaar uit, naar gelang de vindingrijkheid van de studenten: klastoneel, scripties over de figuren, de plaatsen, de geestelijkheid, de vrouw in het Reynaertverhaal, fotoreportages etc.
Zo begon het in de humaniora van de Broederschool te St.-Niklaas. En zo gaat het daar nog verder. Hoe Reynaert vandaag tussen de schoolbanken sluipt kan u elders lezen, waar een oudstudent zijn eigen kijk en weet ontwikkelt en de vos actueel en bekend maakt bij de leerlingen van het technisch onderwijs.
Marcel Ryssen