Thirsis Minnewit. Deel 2, editie Weduwe Gysbert de Groot
(2012)–Anoniem Thirsis Minnewit– Auteursrechtelijk beschermdEngels Air1.
Het Kusje dat ik laast van uwe Lipjes
Ontstal, die vreught was Nectar aan myn mont.
Het Ambrosijn van die Coraale tipjes, Ga naar voetnoot+
Ag myn Filemeen, is balzem voor myn mont! Ga naar voetnoot+
2.
Hoe joeg myn Hert wanneer ik steelswys plukten
| |
[pagina 29]
| |
Die Honig-douw! Noyt was ik meer verheugt
Doen ik myn mond aan uwe Lipjes drukte. Ga naar voetnoot+
Gestrengeldt om u hals, smolt ick van zoete vreugt.
3.
Gy zogt t'ontworstelen, myn zoeten Engel,
Gy waart te zwak de Min te wederstaan.
Ik wierd geholpen van die kleyne Bengel,
Maar Baasje loeg wanneer ik had gedaan.
4.
Hy scheen vergramt, maar 't schynt dat Venus Wigje
Sal maken dat ik u omhelsen mag Ga naar voetnoot+
En u treffen met sijn vergulde schigje, Ga naar voetnoot+
En gy dan vluchten sult voor myn ontzag. Ga naar voetnoot+
|