Thirsis Minnewit. Deel 2
(2012)–Anoniem Thirsis Minnewit– Auteursrechtelijk beschermdWyze: Tranquilles Coeurs1.
Myn Rozemond vertoont al 't zoet
Der lieve Lente op mond en wangen
Nu zy mijn liefde en leven voed,
Schoon zy myn Ga naar voetnoot+ zinnen houd gevangen.
Ik wensch dat mijne vlam, Als my haar mondje kust,
| |
[pagina 159]
| |
Nooit werd geheel geblust.
2.
Opregte liefde heeft geen end,
Haar vlammen blijven eeuwig blaken.
Hy die den aart der liefde kent,
Houd min voor 't opperste vermaaken.
Het hart, aan 't hart mijns liefs gehegt en vast gesmeed,
Bemint in lief en leed.
3.
De roos, hoe geurig, teer en zagt, Ga naar voetnoot+
Moet voor mijn Rozemondje zwigten.
Een zagt gemoed is 't hoogst geagt.
Goedaardigheid straalt uit haar ligten:
Haar heldere oogen, steets twee zonnen van mijn hart,
Genezen mijne smart.
4.
Waar 't hart niet harder dan metaal
Zo 't zulk een Beeld niet kon beminnen!
't Mint alles, zelfs het steen en staal,
De Min kan 't wreedste hart verwinnen:
Dies is een ziel, zo schoon, zo zagt, zo zoet van aart,
Een trouwe liefde waard.
5.
O zilvre Vegt, die 't Stigt alom bespoelt,
Houd gy myn Roozemond, mijn eenig ziels verlangen?
'k Beny u deze vreugd, tot ikze eens mag ontvangen. Ga naar voetnoot+
Ge ontsteekt mijn vlam, die uwe vloed noit koelt.
| |
[pagina 160]
| |
6.
Dog strektze Ga naar voetnoot+ nu een parel aan uw kroon
En mag ze uw voor een tijd de prille lente geeven,
Terwijl Ga naar voetnoot+ zy al 't vermaak bezit van 't lieve leven:
Uw eer verdwijnt als zy my zet ten troon.
|