Thirsis Minnewit. Deel 1
(2012)–Anoniem Thirsis Minnewit– Auteursrechtelijk beschermd[Besnedene velde, doorlugtige boomen]1.
Besnedene Ga naar voetnoot+ velde, doorlugtige boomen,
Aanhoort myn klagten die ik hier doe;
Ruysende beekjes en vlitende stroomen,
Neemt acht op ‘t geen dat myn klagen doet.
Ach hemels blauw, u tintelde Ga naar voetnoot+ lonken,
Ach silvere maan, verduystert uw glans; Ga naar voetnoot+
Gy die in liefde schier legt verdronken, Ga naar voetnoot+
Ach Cupidootje, hoe quest gy de mans. Ga naar voetnoot+
2.
Het isser geleden een wynig daagen,
Myn oog viel op een Venus beelt;
Sedert dien tijd heb icker gedraagen
Een smert die mynder gestadig streelt;
Want al myn sinnen en myn gedagten
Zyn: ach, hoe sal het met my nog vergaan?
Ik sal van Liefde haast heel versmagten,
Eer dat de vloet opdroogt van myn getraan.
3.
Als Phoebus met syn vergulde straalen
Gedooken lag in den Oceaan,
| |
[pagina 6]
| |
Quam mijn daar in mijn zinnetjes malen, Ga naar voetnoot+
Als ik lagh op het Dons der Swaan,
Marcelus, Ga naar voetnoot+ komt mijn gestadigh ontrusten
En schelt mijn voor een Venus portret; Ga naar voetnoot+
Klagende ben ik in ongenuchten Ga naar voetnoot+
Als ik mijn eensaem Ga naar voetnoot+ vind op het bet.
4.
O groote Godt, wat heb ik misdreven,
Dat ik moet sitten hier alleyn?
Ik verslijdt helas in droefheyt mijn leven,
En in gestadige quellingh en pijn.
Ik stort vergeefs mijn droevige klachten!
Ach, wat leef ik in een zware noot!
Heb ik noch meerder droefheyd te wachten,
Ik was veel liever gesturven den Ga naar voetnoot+ doot.
5.
Genade, genade, ach Venus Soontje,
Aanhoort mijn klachten die ik hier doe.
Ik sal voor mijn Lief gaen vlechten een Kroontje
En haer gewilligh gaen valle te voet,
Ter eeren van onse mededogen. Ga naar voetnoot+
Om dat gy mijn verlost hebt van pijn,
Ik sal voortaen nu na mijn vermogen
U altijdt schuldigh en dankbaer zijn.
|
|