Patricia de Groot
Een sterk staaltje
Ik was ingehuurd om een grote stalen kast in elkaar te zetten, meubelen monteren is mijn vak. Ik arriveerde vroeg, misschien wel iets te vroeg, op het Amsterdamse adres. Het was een imponerend huis aan een breed water en meteen al vielen mij de hoge plafonds op. De kamer waarin de kastenwand moest komen te staan was goed opgeruimd en behoorlijk ruim, dus ik had alle bewegingsvrijheid. Ik ging opgetogen aan de slag.
De vrouw des huizes, een niet al te slanke vrouw, grijs kort haar en geheel in het zwart gekleed, bood haar hulp aan, die ik beleefd afsloeg, want aan onervaren handen heb je niets. Maar op haar aanbod van koffie met geklopte melk ging ik maar wat graag in. Nee, ik ging er niet bij zitten, ik dronk de koffie staand en wilde de vaart in de opbouw houden. Als je namelijk te langzaam begint, kom je tegen het eind in de problemen. Ik had het tempo er goed in, al werd ik nog even afgeleid door een blonde, slanke en sierlijk bewegende vrouw, die me vol belangstelling aankeek. Ik vroeg me meteen af wat de relatie tussen die twee was, kon ze maar moeilijk plaatsen. Elk op hun eigen manier leken ze mij te jong om de moeder van de ander te zijn of te oud voor dochter. Ja, jammer inderdaad dat ik niet onthouden heb wat ze zeiden. Of misschien heb ik niet eens verstaan wat ze tegen elkaar zeiden. Niet dat dat veel was, het waren maar een paar woorden, ik ving iets op als ‘kast’, maar dat kan ook zijn omdat ik daarmee bezig was. Je hoort nu eenmaal vaak iets wat je al weet, en zo'n klus kleurt je blik.
Lang tijd om bij die twee vrouwen stil te staan had ik niet, de kast vroeg mijn aandacht, want de leverancier had wel planken geleverd, maar geen steunen, je ziet het wel vaker misgaan. Maar goed, daar zou ik wel een oplossing voor bedenken.
De blonde vrouw groette me en verliet het huis, en de dame in het zwart ging boven in de woonkamer zitten werken. De klus ging voorspoedig en ik kreeg op een gegeven moment nog een tweede kop koffie. Die smaakte me goed.
Misschien een uur later kwam ze weer naar beneden en ze merkte op dat het allemaal verrassend snel ging, en omdat ik ongetwijfeld contant betaald wilde worden, zei ze, zou ze nu naar de pinautomaat zou gaan. Ik weet niet wat zij van te voren in haar koppie had, maar op zo'n standaardkast ben ik echt niet een hele volle dag bezig, hoor. Ik ben toevallig wel een vakman. En het is zeker niet de eerste keer dat ik deze kasten tegenkom, laat staan die stalen steunen mis.
Nou goed, zij zou dus even de deur uit gaan en dan weer terugkomen. Dat duurde en ik dacht eerst, wie weet hoe ver die pinautomaat is, ten slotte woonde ze, of zij allebei,