Volgens Balzac zijn de belangrijkste gebeurtenissen in het leven van een schrijver zijn boeken. Niet de invloed van ouders, grootouders of kinderen, geleden pijn, of traumatische ervaringen op het gebied van liefde en haat, niet de enorme hoeveelheid boeken die hij had gelezen, niet zijn reizen naar Parijs en Barcelona, niet al die romantische literaire vriendschappen die hij onderhield met behulp van brieven en flessen wijn en een stroom van goedkope vleierijen. Nee: de boeken die hij schreef. Punt.
Op één lamp na, in het raam op de tweede verdieping, brandde er nergens meer licht toen Vladimir terugkwam. De nachtwaker liet hem binnen. Langzaam, om de rangschikking van de woorden in zijn hoofd niet te verstoren, liep hij de trap op.
Zijn moeder zat op dezelfde plek als een paar uur geleden: op de stoel bij de telefoon. Op haar schoot lagen de krant van Sint Petersburg - de Retsj - en de London Times. Vladimir gaf haar twee kussen. Hij vroeg haar te luisteren. Nadat hij tegenover haar op een krukje was gaan zitten, kuchte hij een paar keer voor het dramatisch effect en begon voor te dragen.
Hij bezong het branden van herinneringen als de muziek van een groot orgel. Vol vuur declameerde hij over het verlies van zijn mooie geliefde, die hij nooit ontmoet, nooit bemind, nooit verloren had. Zijn blik hield hij strak op de muur gericht, op de daguerreotypen in ovale lijsten, een kleine aquarel van Somov, een olieverfschilderij van de herfst in Versailles van Alexandre Benois, een krijttekening die zijn moeders moeder had gemaakt als meisje. Hij was al bijna aan het einde toen hij in de verte een zucht hoorde. Het was duidelijk dat hij bijna alle modulaties had geleend, van Poesjkin, van Tjoettsjev, van Fet. Maar het waren zíjn woorden, het was zijn gedicht; en hij keek zijn moeder aan.
‘Prachtig, schitterend’ zei ze snikkend, door haar tranen heen. Ze gaf haar zoon een spiegel zodat hij het bloed op zijn wang kon zien, want zonder het te merken had hij tijdens het declameren een mug doodgeslagen. Vladimir hield de spiegel voor zijn gezicht. Maar hij zag veel meer dan dat.
Alles wat hierboven staat is verzonnen. Een paar dagen geleden kwam met de post het eerste deel - The Russian Years - van Brian Boyds biografie over Vladimir Nabokov. Opgewonden begon ik te lezen, benieuwd naar wat er over de plensbui in het park van Wyra stond, over het moment dat hem inspireerde tot zijn eerste gedicht en het begin was van een briljante toekomst in de literatuur. Op bladzijde 107 stelt de heer Boyd echter dat wat Nabokov zelf in zijn memoires vertelt, neerkomt op wat Boyd noemt een ‘nogal gestileerde versie van de oorspronkelijke gebeurtenis’.
Ten eerste was het niet zijn eerste gedicht. Nabokov schreef al vijf jaar gedichten in drie verschillende talen. Ten tweede schreef hij het door hemzelf genoemde gedicht,