6
‘Je stapt op van je bureau, loopt naar het balkon, je stapt omlaag, je kunt niet meer terug, God, wat jammer, pech gehad, éénmaal andermaal en daar ga je, daar helpt geen moedertjelief aan. Zo'n beweging is onomkeerbaar.’ Dick Raaijmakers was gefascineerd door de val. Het definitieve van de beweging, de verzameling aan toevallige klanken. Een eenmalige val heeft alles met de dood te maken. Maar wanneer je alles aan draden en kabels ophangt, kan de val worden herhaald. In dit definitieve breken, waar veel bijdragen in dit nummer van getuigen, resoneert de hoop en de kracht van het maken. De vergankelijkheid mag dan een thema zijn, poëzie en proza zijn de hoopvolle getuigen. Maken en breken, er is altijd een balans op te maken. Van die balans getuigt dit nieuwe nummer van Terras. Er wordt heel wat gebroken in dit nummer, maar het staat er als een ode aan het maken. Hoezeer maken en breken deel uitmaken van het kunstenaarsschap, blijkt nu, bij de voltooiing van het eerste nummer waaraan bijna alle Terrasredacteuren een bijdrage leverden. Mijn dank gaat uit naar Richtje Reinsma die het maken van dit zesde papieren nummer van Terras aan de zijlijn volgde en aan Erik Lindner die mij geen breken zou toestaan.