Het Taelverbond. Jaargang 3(1847)– [tijdschrift] Taelverbond. Letterkundig Tydschrift, Het– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 433] [p. 433] Licht. (Een Fragment.) Licht! - Wat is licht? ............ Diepten der hemelen, Diepten der zeeën, En gy, o aerde, Antwoordt my, antwoordt my, Wat, wat is licht? Ziet! - Als het daegt in het Oosten, - dan juicht Gy heemlen; dan tintelt van vreugd Het grondeloos blauw uwer sferen; dan kleedt Gy de wiegende wolken in purper en goud; En gy bloost: - Liefelyk bloost gy, Gelyk eene maegd, Die den beminde Van verre ziet komen, Glansend van liefde Ziet komen tot haer! [pagina 434] [p. 434] Ziet! - als het daegt in het Oosten - de zee: - Uit den afgrond des afgronds Ruischt er een liefdegemurmel; - en grootsch Glimlacht de onmeetlyke vlakte! En de aerde: Hoor! - als de morgen, Met zyne lippen, Zyn lippen van roozen Haer wakker kust, - Hoor wat een hymne er dan opstygt van de aerde! Duizend miljoenen van zielen Zingen: wees welkom, o licht! Bosschen en bergen en dalen, En stroomen en beken, En alle de ontwakende vogelen, En alle de ontluikende bloemen Zingen: wees welkom, o licht! Aerde, zee en hemel, Gy die juicht van vreugde, Als het licht verschynt; Aerde, zee en hemel Weet gy dan wat licht is? Zeg - is 't geen weêrschyn der levende glansen, Waer de englen hierboven, Op dryven, op wiegen? Is het Gods adem niet, Die albezielend De schepping omruischt? [pagina 435] [p. 435] Is 't zyne goedheid niet? Is 't zyne liefde niet? .................. Ja! - zyne liefde, Die in den beginne, Door 't eindeloos duister, Haer vleugelen uitsloeg over 't heelal; Ja, zyne liefde, Die iederen morgen, Over 't heelal nog haer vleugelen uitbreidt; Zyn liefde die, wakend, Gelyk eene moeder, Heur schepselen gâslaet, Heur schepselen koestert? Zeg - is het licht niet de liefde van God? .................................... .................................... J. VAN BEERS. Vorige Volgende