[Nummer 2]
Inleiding tot dit nummer
Deze aflevering van TABU is geheel gewijd aan ‘stress’. De bijdrages zijn, op één na, ontsproten aan een kollege over suprasegmentele fonologie, verzorgd door het Instituut voor ATW te Groningen. Tijdens het kollege zijn grote verschillen in waardering voor suprasegmentele fonologie uitgedrukt in koppige verdedigingen van de meest onmogelijke stellingen. Deze neiging is bij het vervatten van de artikelen welbewust onderdrukt. Niettemin hebben de bijdrages slechts het onderwerp gemeen: de representatie van het (nederlandse) woordaksent.
Wheeler analyzeert het aksentpatroon in niet-afgeleide woorden binnen het kader van de kategoriale fonologie, waarbij generalizaties worden ondergebracht in redundantieregels voor de toekenning van fonologische kategorieën aan syllabes.
Dijkstra introduceert een ‘stress scale’ met behulp waarvan de positie van het hoofdaksent te voorspellen is op basis van louter segmentele informatie.
Ook Van Nes maakt gebruik van relatieve sterkte van syllabes, maar zij ontleedt het aksent in morfologisch gelede woorden door middel van een prosodisch templaat.
Van Zonneveld demonstreert opnieuw zijn skepsis ten aanzien van de non-lineaire metrische theorie door te betogen dat metrische bomen arbritair zijn en informatie van segmentele aard noodzakelijk blijft.
De toegevoegde bijdrage van Hoeksema laat zien dat metrische strukturen en segmentele representaties onderling vertaalbaar zijn, aan de hand van enige stellingen omtrent de formele eigenschappen van metrische strukturen.
Redaktie