Tabu. Jaargang 11
(1980-1981)– [tijdschrift] Tabu– Auteursrechtelijk beschermdIets over werkwoordsvolgorden/ Jack HoeksemaIn deze spiering stel ik mij ten doel de lezer te vergasten op enkele, soms wat subtiele, volgordeverschijnselen die zich voordoen in de zogenaamde werkwoordelijke eindgroep. Het is niet mijn bedoeling hier een diepgaande theoretische behandeling van deze verschijnselen te geven. Het gebruik van technische noties zal om die reden dan ook zo veel mogelijk vermeden worden. Ik versta onder de werkwoordelijke eindgroep de voornamelijk uit werkwoorden bestaande reeks aan het eind van een deelzin. In de volgende drie voorbeeldzinnen staan er een paar van die eindgroepen schuin gedrukt:
Laten we zeggen, dat als een werkwoord A de morfologische vorm bepaalt van een ander werkwoord B, A de regent is van B, oftewel dat A B regeert. De traditionele term voor regenten is hulpwerkwoord. Met dat bepalen van de morfologische vorm bedoel ik eenvoudigweg dat A bepaalt of B de vorm van een voltooid deelwoord, een kale infinitief, dan wel een door te voorafgegane infinitief heeft. Dus, om een voorbeeld te geven, in proberen te vechten is proberen de regent, omdat de morfologische vorm van het andere werkwoord, te + infinitief, afhankelijk is van proberen; bij een ander werkwoord kan immers de vorm een andere zijn, zoals in | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 92]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
willen vechten (kale infinitief), en heeft gevochten (voltooid deelwoord). Nu is er wel eens beweerdGa naar eind1, dat er een restriktie bestaat op mogelijke regenten. Die restriktie komt erop neer, dat komplexe werkwoorden, zoals wederkerende werkwoorden, scheidbaar samengestelde werkwoorden, werkwoordelijke uitdrukkingen, doorzichtig gelede werkwoorden en ook voltooide deelwoorden, niet op kunnen treden als regent. Laten we eens gaan kijken in hoeverre dat juist is. Een mogelijk tegenvoorbeeld tegen de restriktie zou een eindgroep kunnen zijn met meer dan één voltooid deelwoord, onder de veronderstelling dat elk werkwoord in de eindgroep een andere regeert, met uitzondering van het hoofdwerkwoord. In dat geval immers moet tenminste één van de twee voltooide deelwoorden een regent zijn, en volgens de restriktie op regenten is dat verboden. Welnu, er zijn inderdaad voorbeelden met meer dan één voltooid deelwoord. Hieronder volgt een viertal voorbeelden:
We moeten ons nu afvragen of dit goede tegenvoorbeelden zijn. Hiertoe moeten we eerst nagaan, of één van beide voltooide deelwoorden een regent is. We zijn immers van de veronderstelling uitgegaan, dat op zijn hoogst één werkwoord in de eindgroep geen regent is, en wel het hoofdwerkwoord, maar die veronderstelling hoeft niet juist te zijn. Regenten hebben de eigenschap, dat ze altijd voor het werkwoord kunnen staan, dat ze regeren (hun regimen). Geldt dit ook voor een van de voltooide deelwoorden in (4)-(8)? In (4) is gegeven het regimen van hadden, hetgeen men kan kontroleren door hadden te vervangen door een ander werkwoord, bijv. wilden: de morfologische vorm wordt dan die van de kale infinitief. Aangezien een regent slechts één werkwoord kan regeren, kan het andere voltooide deelwoord, gewonnen, als het een regent heeft, alleen worden geregeerd door gegeven. Maar als gegeven de regent van gewonnen is, dan zou het ervoor moeten kunnen staan. Dit is niet het geval:
Op dezelfde wijze kun je beargumenteren dat de voltooide deelwoorden die in (5), (6) en (7) in aanmerking komen voor de status van regent, niet voor hun veronderstelde regimen kunnen staan. Vgl. de volgende zinnen:
Hiermee kunnen we de veronderstelling dat alleen het hoofdwerkwoord niet een regent is, als weerlegd beschouwen, gegeven de eigenschap van regenten dat ze voor hun regimen moeten kunnen staan. Deze eigenschap is overigens nogal typisch voor | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 93]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
voor het ABN: in vele dialecten is de volgorde regimen - regent de enig juiste (dit wordt ook wel de groene volgorde genoemd, en de volgorde regent - regimen staat ook wel bekend als de rode). Nu wordt het tijd om ons af te gaan vragen wat de status is van bijv. gewonnen in (4), omdat dat werkwoord noch een regent, noch een regimen blijkt te zijn. Het ligt voor de hand om een verband te leggen met niet-werkwoordelijke elementen in de eindgroep, die vergelijkbare plaatsingsmogelijkheden blijken te hebben. Vergelijk maar eens zin (4) met zin (8):
De plaatsingsmogelijkheden van ziek in (8) en gegeven in (4) zijn identiek:
De partikels van scheidbaar samengestelde werkwoorden en ook een element als te kennen van de uitdrukking te kennen geven hebben dezelfde plaatsingsmogelijkheden:
Ter verklaring van deze overeenkomsten zouden we kunnen aannemen dat opbellen, te kennen geven, zich gewonnen geven, zich ziek melden, begraven liggen enz. alle komplexe, ‘phrasal’ werkwoorden zijn, bestaande uit een hoofd en een adjunkt dat altijd links van dat hoofd in de eindgroep dient te staan. Vele van die komplexe werkwoorden kenmerken zich door een verbijzonderde betekenis; de konstruktie heeft ook een geringe mate van produktiviteit: zo kunnen in zich X melden maar weinig adjektieven ingevuld worden. Er zijn echter problemen met de veronderstelling dat dubbele deelwoorden steeds komplexe werkwoorden zijn. Wanneer een van beide deelwoorden, het hoofd, in een andere morfologische vorm staat, kan het worden gevolgd door zijn adjunkt:
Dit is overigens niet in alle gevallen zo:
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 94]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Voor (13) en (14) mogen we dus gerust blijven aannemen, dat betaald zetten en zich gewonnen geven komplexe werkwoorden zijn. In het licht van zinnen als (11) en (12) zou men kunnen besluiten dat werkwoorden als liggen en krijgen zowel kunnen fungeren als regent van een ander werkwoord (als in (11) en (12)), en als hoofd van een komplex werkwoord. Voor hun voltooid deelwoordvormen is echter maar één mogelijkheid, omdat volgens de restriktie op regenten geen voltooide deelwoorden kunnen fungeren als regenten. Konstrukties als toegezonden krijgen liggen in deze visie dan op het grensgebied van twee konstrukties. Misschien is dit een deel van de waarheid, de hele waarheid kan het onmogelijk zijn, want niet alleen voltooide deelwoorden kunnen niet fungeren als regenten, maar ook de andere niet-finiete vormen doen niet mee:
Wel is het zo, dat de ongrammatikaliteit van deze zinnen me minder uitgesproken voorkomt, als die van (5') en (6'). Dit zou er op kunnen wijzen dat de lexicale kategorie van regerende werkwoord het meest produktief is bij persoonsvormen, in mindere mate bij infinitieven en in het geheel niet of nauwelijks (zie de referentie in de noot voor gevallen van voltooide deelwoorden als regenten) bij participia praeteriti. Het lijdt geen twijfel dat een nader onderzoek naar de werkwoordelijke eindgroep nog vele eigenaardigheden en subtiele grammatikaliteitsverschillen aan het licht zal brengen, die een uitdaging vormen voor de syntaktische theorie van het Nederlands. |
|