Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Tabu. Jaargang 8 (1977-1978)

Informatie terzijde

Titelpagina van Tabu. Jaargang 8
Afbeelding van Tabu. Jaargang 8Toon afbeelding van titelpagina van Tabu. Jaargang 8

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Tabu. Jaargang 8

(1977-1978)– [tijdschrift] Tabu–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 14]
[p. 14]

‘Willen we even luisteren....’

Inderdaad wordt wij (TABU 7, nr. 1-2, p. 22 en idem nr. 3, p. 30) gebruikt in gevallen waarin de aktuele spreker geacht moet worden niet feitelijk deel uit te maken van de personen in kwestie, maar van de ‘soort’:

(1) Wij zijn over 500 jaar waarschijnlijk allemaal kaal en tandenloos. Etc.; of ook anderszins (in gevallen van wat Els Elffers noemt ‘betutteling’):
(2) Gaan we dan nu lekker slapen? (Ouder of kind.) Of:
(3) Willen we even luisteren!? (Mijn juf, eerste klas lagere school, tot de leerlingen)

Maar hoe moeten we die gevallen beschrijven? Is er sprake van een homoniem (dus twéé woorden) we?

we - 1 = ‘twee of meer personen inklusief de aktuele spreker (/schrijver)’ en
we - 2 = ‘een groep van personen die tot dezelfde soort behoort als de aktuele spreker (/schrijver)?

Of is er nog een derde woord we, nl:

we - 3 = ‘jij’ en een vierde woord we, nl.
we - 4 = ‘jullie’?

Welke taalkundige konsekwentie heeft het dat we weten dat ‘eigenlijk je of jullie bedoeld is’?

 

Als er geen sprake is van homonymie is er dan sprake van polysemie? of van ‘disjuncte betekenistoepassing’Ga naar eind1)? Dwz:

Doet de ‘ik’ die zegt ‘Gaan we dan nu lekker slapen?’ of: ‘Willen we even luisteren!?’ alsof hij/zij tot de groep behoort, ahw in het komplot zit, en dus met kindje mee-gaat-slapen resp. met de kindjes mee-moet-willen-luiste-ren? Vgl. iemand die tot zichzelf zegt:

(4) En nu bijt je maar eens van je af!

Doet hij alsof hij twee personen is? Mij dunkt van wel. Of moeten we aannemen dat er een homoniem je is:

je - 1 = ‘de toegesprokene’ en
je - 2 = ‘de sprekende’.

Nee toch?

 

F. Balk.

eind1)
A. Reichling. Het woord. Blz. 328-329.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Frida Balk-Smit Duyzentkunst


taalkunde

  • Betekenis (semantiek)

  • Zinnen (syntaxis)