Tabu. Jaargang 4
(1973-1974)– [tijdschrift] Tabu– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 33]
| |
Waarom is Moriaen zo zwart als roet?In zijn inleiding op de middeleeuws - Britse roman MoriaenGa naar eind* oppert J. te Winkel de mogelijkheid dat de naam van de hoofdpersoon afgeleid is van Morini (Zuid-Vlaanderen) of Maurungania, Moringen (Merwede) en dat zijn donkere huidskleur pas later aan het verhaal is toegevoegd. De oorspronkelijke betekenis van Moriaen, zoiets als ‘Merwedenaar’ moet in de loop van de ontstaansgeschiedenis van het verhaal ondoorzichtig zijn geworden en op een bepaald moment in verband zijn gebracht met moor = neger. Meer nog, men mag veronderstellen dat als gevolg van zijn verandering van huidskleur Moriaen pas vanaf dat moment zijn uitheemse afkomst verkrijgt, zijn positie van outsider in de blanke, ridderlijk hoofse samenleving inneemt en zich pas dan in zijn gedrag gaat kenmerken door afwijkend, onhoofs optreden. De foute interpretatie van het woord Moriaen heeft dus tot gevolg dat de hoofdpersoon van Germaanse held verandert in een zwarte ridder, dat hij zich als vreemdeling onaangepast gedraagt, mensen angst aanjaagt en zo zijn aanvankelijk isolement veroorzaakt. Uit de opmerking van Te Winkel kan m.a.w. worden opgemaakt dat een belangrijk gedeelte van de inhoud wordt bepaald door de betekenisverschuiving in een woord. (een inhoudsontwikkeling die te vergelijken valt met het verschijnsel volksetymologie waarbij een obscuur geworden term als ‘rhétoriqueur’; ‘scorbutus’, enz. een nieuwe, op de vorm van het oorspronkelijke woord aansluitende betekenis krijgt: ‘rederijker’; ‘scheurbuik’). Op dit soort gevallen, waarbij een verhaalinhoud ontstaat of gewijzigd wordt door de al dan niet bewuste manipulatie met een woord komt de Franse criticus Jean Ricardou herhaaldelijk terug om zijn theorie te staven dat het literaire werk zichzelf ‘genereert’ uit één of meerdere z.g. generatoren. In zijn korte artikel ‘Naissance d'une Déesse’Ga naar eind** (De geboorte van een Godin), geeft hij als voorbeeld het ontstaan van de mythe van Aphrodite. De etymologie van haar naam is onbekend, waarschijnlijk van oosterse en in het bijzonder Fenicische oorsprong. Maar de Grieken, en velen na hen werden | |
[pagina 34]
| |
misleid door de gelijkenis van haar naam met het Griekse woord ‘aphros’= schuim. Zo ontstond de mythe van Aphrodite, godin die uit het schuim van de zee werd geboren. Ricardou citeert o.a. Hesiodes: ‘...Uit dit schuim werd een meisje gevormd (...), dat de goden, evenals de mensen Aphrodite noemen, omdat ze uit het schuim geschapen werd..’ (vert. van mij M.B.), en constateert terecht dat, wat Hesiodes stelt een omkering van de eigenlijke gang van zaken is. De godin werd niet uit het schuim geschapen en als gevolg daarvan Aphrodite genoemd, integendeel, ze heette Aphrodite en daarom werd ze uit het schuim van de zee geboren. Op dezelfde manier is het in onze roman niet het isolement van de hoofdpersoon dat, gesymboliseerd in zijn donkere huidskleur, de naam Moriaen oplevert, integendeel de naam ‘genereert’ Moriaens huidskleur en deze weer zijn isolement. Een essentieel uitgangspunt van de traditionele literaire critiek wordt door deze theorie over generatoren aangetast. Vaak immers ging (en gaat) de criticus er van uit dat in het literaire werk een inhoud zijn expressie vindt in een op de inhoud passende vorm. Hij zou bijv. Moriaen als volgt verklaren: ‘De schrijver stond een protagonist voor de geest die zich kenmerkte door zijn aanvankelijk isolement in de wereld van koning Arthur. Afkomstig uit een vreemd land gedraagt hij zich onhoofs, jaagt mensen angst aan, enz. Het is de verdienste van de schrijver dat hij dit isolement heeft weten uit te drukken in de afwijkende huidskleur, een huidskleur waar de zwarte ridder ook zijn naam Moriaen aan ontleent, enz.’ Dat een dergelijk uitgangspunt niet houdbaar is blijkt wel waar Te Winkel's opmerking ons doet vermoeden dat het de vorm van de eigennaam is die de richting van de middeleeuwse geschiedenis bepaalt, dat Moriaen één van de generatoren is waaruit deze roman zich genereert.
Maarten van Buuren. |