Iktionaire
Zorgtaal
Met ‘een misselijke vent’ bedoelen we meestal niet een man die moet overgeven, maar een man die iets onaardigs heeft gedaan. Zien wij ‘misselijkheid’ als een rotstreek van de maag, of een rotstreek als een soort morele misselijkheid? In het ene geval maakt de taal het lichaam tot geest, en in het andere de geest tot lichaam.
De taal van zorg, ziekte en gezondheid. Waarom ben ik bij de kapper een ‘klant’ en bij de dokter een ‘patiënt’? Wat kom ik bij die dokter doen, ‘een behandeling kopen’ of ‘lijden en geduld tonen’? De behandelend arts zegt ‘wij’ - hij spreekt namens het ziekenhuis. Als de patiënt (cliënt/zorgvragende/probleemeigenaar/stakeholder) reddeloos is, zegt hij: ‘Wij kunnen niets meer voor u doen.’ Alsof ook de receptioniste en de verpleging er per onmiddellijk hun handen vanaf trekken. Een valluik opent zich en op het parkeerterrein rol je naar buiten. Wegwezen.
Van de zomer circuleerde op Twitter een zinsnede uit een in 2011 verschenen beleidsrapport van een zorgorganisatie. Het ging over ‘patiënten die het einde van hun zorgcarrière bereikt hadden’. De mensen om wie het ging, waren niet beter geworden, maar overleden. Zorgcarrière. (MS Word wil weten of ik misschien ‘zangcarrire’ bedoel.)
Het Nederlands Dagblad wijdde er destijds een stukje aan.
‘Een carrière? Ik zou extra gekwetst zijn door die formulering’, sprak een medewerker van de Nederlandse Taalunie. ‘Carrière associeer ik met een betere positie krijgen en meer geld verdienen. Positieve zaken. Maar in de zorg gebeurt juist het omgekeerde. Mensen leggen een ellendig traject af.’
Ja, zo kun je doodgaan ook nog noemen: ‘een ellendig traject afleggen’.
‘De warmte is uit de zorgtaal verdwenen’, meent Marinus van den Berg, pastor in een verpleeghuis en auteur van het boek Warme zorg, warme woorden. ‘We zijn in de zorg gaan spreken met woorden en taal uit de wereld van de economie en het bedrijfsleven. En het wordt steeds erger. Dan heet personeelszaken ineens “human resource management” en staat er bij een 80-jarige dame een “nurse practitioner” naast het bed. Zou het oude besje enig idee hebben wie ze voor zich heeft als ze die badge leest?’
Die taal doet Van den Berg denken aan ‘een groot warenhuis’. Alleen, zo voegt hij toe: ‘Je vergeet bijna dat we een groot warenhuis vrijwillig bezoeken, maar dat we van zorg afhankelijk zijn.’
In opdracht van ActiZ, de werkgeversvereniging in de zorg, verzamel ik voorbeelden van dit soort misselijke taal en hoe het beter kan. Als u suggesties hebt, ik hou me van harte aanbevolen. Suggesties via het Twitteraccount @zorgtaal. Via mail of post kan natuurlijk ook. Inzenders ontvangen te zijner tijd een exemplaar van een boekje dat ervan gemaakt zal worden.
JAN KUITENBROUWER