Proftaal
Het aantal telt
Ze bestaan nog steeds: mensen die kritiek hebben op zinnen als ‘Er hebben een aantal mensen afgezegd.’ Geen enkele serieuze taaladviseur rekent dit fout, maar de kritiek is hardnekkig. Hebben moet heeft zijn, want aantal is enkelvoud. Vreemd genoeg hebben de critici meestal geen moeite met ‘Er hebben een heleboel mensen afgezegd’, en al helemaal niet met ‘Er hebben een miljoen mensen afgezegd’, en er zijn er zelfs die het wel handig vinden dat je met ‘Er ligt een paar sokken op de grond’ twee bij elkaar horende sokken kunt aanduiden, terwijl je met ‘Er liggen een paar sokken op de grond’ een willekeurige hoeveelheid bedoelt. Maar bij aantal is het ineens ontzettend logisch om het meervoud af te keuren.
Je zou denken: dat is iets van de oudere generatie, die dat vroeger op school geleerd heeft - toen ook al ten onrechte trouwens. De bekende hoogleraar Herman Pleij (71) leverde in december 2013 in het tv-programma De wereld draait door nog kritiek op ‘Een aantal mensen zeggen.’ Maar ook jongere docenten doen eraan mee. Onlangs sprak ik er een aantal, die - een beetje beschaamd - toegaven dat ze nog steeds hun leerlingen deze onzin verkochten. Hun verdediging: de leerlingen hadden behoefte aan houvast.
Ik schuif hier even mijn toetsenbord opzij en sla met mijn voorhoofd drie keer op het bureaublad. Waar komt die behoefte aan houvast bij het getal van een aantal mensen vandaan? Wat is het probleem als je daar een vrije keuze hebt? De onzekerheid die taalgebruikers hier ervaren, is alleen maar het gevolg van de kritiek dat een van de twee mogelijkheden fout is. Zo legitimeert de regel zichzelf als de oplossing voor een probleem dat hij zelf gecreëerd heeft.
En dat terwijl de kwestie mooi laat zien hoe de taal werkt. Hoeveelheden kun je aangeven met telwoorden (twee, genoeg), met groepswoorden (een troep wolven, een bos bloemen) en met ‘verpakkingswoorden’ (een kist appels, een bus Japanners). Als zo'n groepswoord geen echte groepsbetekenis (meer) heeft (zoals bij heleboel, paar, aantal), dan wordt het samen met zijn lidwoord een een telwoord. Zo werkt het. Aantal telt dus alleen, het geeft geen groep aan. Soms kun je die groepsbetekenis nog wel benadrukken (zoals bij paar in de betekenis ‘twee bij elkaar horende’ of bij een groot aantal of het grootste aantal), maar anders heb je gewoon een meervoudig telwoord een aantal, net als een miljoen of een heleboel. Wie kan daar nou iets op tegen hebben?
DE TAALPROF