Horstlog
Dwaling
Veel mensen denken dat een woord niet bestaat als het niet vermeld wordt in het woordenboek van Van Dale. Ik heb die mening vaak gehoord, vroeger als mensen aan het scrabbelen waren, en nu als ze ruzzelen. Geen enkele taalkundige zal dit voor zijn rekening nemen, maar onder ‘gewone mensen’, als ik mijn niet linguïstisch geschoolde medemens zo mag noemen, is het een gangbare opvatting.
Er zijn meer van die ideeën over taal waar de meeste mensen van mening verschillen met wat de taalwetenschap ervan vindt. Neem nu de oorzaken van taalverandering. Iedereen weet dat taal ‘nu eenmaal’ verandert, maar waarom gebeurt dat? Dat komt door slordigheid en luiheid, aldus de heersende mening. Het zou eigenlijk beter zijn als de taal niet veranderde.
Nog een voorbeeld zijn de Engelse woorden in het Nederlands. Vooral Engelse woorden ‘die helemaal niet nodig zijn’, want die vormen een bedreiging voor onze taal.
Ik verzamel zulke ideeën. Ik ben namelijk erg geïnteresseerd in de vraag: wat vindt een gewoon mens over taal? Want steeds merk je dat de gangbare opvattingen aanzienlijk verschillen van wat er in de taalwetenschap over die dingen gezegd wordt. Soms staan de opvattingen diametraal tegenover elkaar.
Ik ben trouwens niet de enige met deze belangstelling. Meer dan tien jaar geleden hebben Laurie Bauer en Peter Trudgill al eens een boekje gemaakt met eenentwintig van zulke ‘gewone-mensen-ideeën’ (Language Myths, 1998). Die over Van Dale staat er niet in, maar verder is het wel een kostelijk boekje.
Bauer en Trudgill denken dat taalkundigen te weinig over hun vak vertellen. Dat is het eerste wat ze zeggen in hun inleiding. Als de vaklui nu maar vaker, en in begrijpelijke woorden, zouden uitleggen hoe het zit, dan zouden de ‘gewone mensen’ niet zulke malle ideeën koesteren.
Ik geloof daar niks van. Ik denk dat generatie na generatie van taalkundigen, en jaarlijks tientallen populaire taalboekjes, en lezingen en cursussen op volkshogescholen en inmiddels een onafzienbaar brede stroom van informatie via het internet, allemaal niets uithaalt. Het is echt een vergissing dat als je iemand vertelt dat een woord best kan bestaan buiten Van Dale om, dat die persoon dan voortaan zijn oude dwaling laat varen. Volstrekt niet. Net zomin als de hater van Engelse leenwoorden op zijn schreden terugkeert. Leg uit dat Engelse woorden heilzaam zijn voor alles en iedereen, leg het tien keer uit, leg het uit tot je erbij neervalt, maar uw publiek zal in meerderheid blijven vinden dat Engelse woorden slecht zijn. Waarom? Gewoon omdat het zo is.
Kijk, dat is charmant. Als het simpel een kwestie van publieksvoorlichting was, zoals Bauer en Trudgill denken, dan zou de zaak me niet interesseren. Nee, dat publiek wil gewoon vinden wat het vindt. De taalwetenschap, daar heeft men geen boodschap aan.
Joop van der Horst