Twee imitatoren over Di Rupo
Waarop moet je letten als je Elio Di Rupo imiteert? Baudouin Remy speelt hem al jaren in Sois Belge et tais-toi (vertaling: ‘Wees Belg en zwijg’, een toespeling op het bekende sois belle [‘mooi’] et tais-toi), een Franstalige revue over de Belgische politiek, die elk jaar helemaal geactualiseerd wordt en in Brussel en Wallonië een enorm succes is. Hij speelt Di Rupo in het Frans en laat hem maar enkele zinnetjes in het Nederlands zeggen: ‘Toon, ritme, oogopslag en houding spelen allemaal een rol. Di Rupo maakt altijd een wat verwonderde en verraste indruk. Hij heeft een sterke non-verbale expressie: de handen zitten altijd loodrecht onder de schouders, de vingertoppen van beide handen raken elkaar, zijn ogen zijn wijd opengesperd. Dat hij altijd een vlinderdas draagt, is handig voor imitatoren. En hij heeft in het Frans lievelingswoorden als indiquer (“aangeven”) en le bonheur des gens (“het geluk van de mensen”).’
Ook cabaretier Walter Baele imiteert Di Rupo, maar dan in het televisieprogramma Tegen de sterren op, en dus in het Nederlands: ‘Ik heb eerst een aantal toespraken en interviews bestudeerd. Di Rupo doet in het Nederlands ongelofelijk zijn best. In het Frans spreekt hij met een huig-r, maar in het Nederlands wil hij de tongpunt-r laten rollen. Hij rolt zo verschrikkelijk nadrukkelijk dat ik het goed kan gebruiken als ik hem speel. En natuurlijk zijn er typische woorden die hij heel raar uitspreekt: beslissingen wordt verbasterd tot “besliessienkein”, belangrijk wordt verlengd tot “belankraaik-e” en gesplitst wordt hypergearticuleerd als “gesplit-s-t”. Dat is gemakkelijk te imiteren, maar ik heb vooral zijn woordvolgorde bestudeerd. Het is niet eenvoudig om de logica van dat kromme Nederlands te doorgronden. Voeg daar nog zijn stem bij: vroeger die van een kwakende eend, nu wat eentoniger. De articulatie, de woordvolgorde en de stem: dat zijn de bouwstenen voor mijn imitatie van Di Rupo.’