| |
| |
| |
Jaap de Jong
‘Een waterval van woorden’
Multatuli als spreker
Multatuli is een van de grootste Nederlandse schrijvers. Minder bekend is dat hij ook een meeslepend spreker was. In zijn toesprakentournees sloopte hij de heilige huisjes van zijn tijd. Wat maakte zijn vlammende betogen zo spannend?
Een van Multatuli's ‘soundbites’ op een muur in Rotterdam.
Foto: Ferdinand Nijboer
Wie ‘Multatuli’ zegt, zegt ‘Max Havelaar’. Die roman uit 1860, voluit Max Havelaar of de Koffijveilingen der Nederlandsche Handel-Maatschappij geheten, beschrijft de lotgevallen van de idealistische ambtenaar Max Havelaar, die als een klokkenluider avant la lettre het corrupte Nederlandse regime in Nederlands-Indië aanklaagt. In de roman treden onvergetelijke personages op, zoals de makelaar in koffie Batavus Droogstoppel en de schrijver Sjaalman. Met dit boek werd Eduard Douwes Dekker (zoals Multatuli in werkelijkheid heette) in één klap een beroemd schrijver: het is vele malen herdrukt en vertaald, het is verfilmd, voor toneel bewerkt, hertaald - en het is in 2002 gekozen tot de belangrijkste roman uit de Nederlandse literatuur.
| |
■ Tournees
Wat weinig mensen weten, is dat Multatuli naast een groot schrijver ook een goed spreker was. Nee, sterker: een spraakmakend redenaar. Licht ontvlambaar bij onrecht sprak hij geregeld grote groepen mensen toe, die met hun entreegelden een zeer welkome aanvulling op de inkomsten van zijn schrijfwerk leverden. Hij hield, volgens Multatulikenner Nop Maas, tussen 1878 en 1881 heuse georganiseerde tournees door Nederland en Vlaanderen, waarbij hij maar liefst 140 voordrachten hield. Die toespraken - voor studenten, voor burgers, wetenschappers, arbeiders, literair en politiek geïnteresseerden - moeten een sensatie zijn geweest. Ze zijn helaas niet bewaard gebleven, maar talrijke recensies en verslagen wél. Daarin vallen verzuchtingen te lezen als: ‘Aan het einde van de wegslepende causerie was de geestdrift onbeschrijfelijk.’ En: ‘Het is verbazend! Wat 'n taal!’
In zijn voordrachten stelt hij onrecht aan de kaak, bijvoorbeeld de achterstelling van vrouwen en arbeiders, en de onderdrukking in de Nederlandse koloniën. Hij roept op autoriteiten te wantrouwen en propageert de vrije studie. En hij spreekt over literatuur en filosofie. Zijn voordrachten roepen weerstand op en wekken bewondering. Maar hoe dan ook maken ze een diepe indruk. ‘Wij zaten onder een waterval van woorden en denkbeelden, nu eens spattend in fijne droppelen, dan weer neerdonderend in breede stromen, waarin zich onophoudelijk het meest fantastisch kleurgemengel spiegelde’, aldus de criticus van de Nijmeegsche Nieuwsbode.
| |
■ Hoofden van Lebak
Multatuli's beroemdste toespraak is te vinden in de Max Havelaar: de rede tot de hoofden van Lebak. Hierin beschrijft de ambtenaar Havelaar - gestationeerd in Nederlands-Indië - het onrecht dat de arme Javanen in Lebak ondergaan. Hij doet dat zó meeslepend dat het na 150 jaar nog steeds velen aangrijpt.
Multatuli verleidt zijn luisteraars (de hoofden van Lebak) - en dus ook zijn lezers - met slimme en bescheiden vleierij: ‘Ik weet dat er onder ulieden zijn, die uitsteken in kennis en in braafheid van hart: ik hoop mijn kennis door de uwe te vermeerderen, want zij is niet zo groot als ik wenste.’ Met scherpe argumenten en adembenemende beeldspraak vervolgt hij zijn verhaal. Hij legt contact met zijn publiek, en maakt na het ontwapenende begin duidelijk dat hij op de hoogte is van het onrecht tegen de inlandse arbeiders. Hij roept het beeld op van wat het nageslacht zal zeggen over de manier waarop de hoofden hun verantwoordelijkheden hebben gebruikt of misbruikt, en biedt aan om samen een einde te maken aan het stelen van buffels van de armen en andere uitbuitingspraktijken.
Havelaars timing en stem - zijn presentatie - passen precies bij de ontwikkeling van zijn verhaal, aldus Stern, een van de vertellers in de roman. Zijn retorische technieken vormen een staalkaart van stijlfiguren, waarmee hij, wederom volgens Stern, aan ‘bekende zaken een nieuwe kleur geeft’, zoals beeldspraak, personificatie, tegenstelling, parallellie, en (retorische) vragen. Twee voorbeelden:
| |
| |
- | Ik ben hier gezonden om uw vriend te zijn, uw oudere broeder. Zoudt u uw jongere broer niet waarschuwen, als u een tijger zag op zijn weg? |
- | Ik vraag u, hoofden van Banten Kidul, waarom zijn er zo velen die weggingen, om niet te worden begraven waar ze zijn geboren? Waarom vraagt de boom waar de man is die hij als kind zag spelen aan zijn voet? |
| |
■ Spreken volgens Multatuli
Van maar twee van Multatuli's 140 voordrachten is de tekst beschikbaar; de rest deed hij uit zijn hoofd, soms aan de hand van een briefje met wat trefwoorden. Het is dus lastig om uit zijn werk praktische aanwijzingen voor het houden van toespraken te halen - vooral ook omdat Multatuli niet iemand was die anderen graag raad gaf. Toch zijn er uit zijn werk (bijvoorbeeld uit zijn befaamde bundels Ideën) en uit de reacties op zijn voordrachten een aantal boeiende tips en observaties te destilleren. Hieronder een greep.
| |
Werk hard
Volgens Multatuli moet je behoorlijk diep gaan om tot de kern van de zaak - Multatuli zou zeggen: ‘de waarheid’ - te komen: ‘Een redenaar moet gearbeid hebben. Het opvangen, schiften, regelen en verwerken van de indrukken die 't leven hem aanbood, was hem 'n nooit afgedane taak. Hij is vermoeid van 't eindeloos zoeken naar verband tussen oorzaak en gevolg.’ Sprekers moeten niet bezwijken voor de druk om toch vooral politiek correcte dingen te zeggen. ‘Het komt mij voor, dat eenvoudige oprechtheid, zonder streven naar diplomatieke voorzichtigheid, de voorkeur verdient.’
| |
Durf te improviseren
Multatuli kon als geen ander improviseren. Hij sprak uren uit het hoofd. Toch is dit niet iets wat beginnende sprekers aangeraden kan worden. Als Multatuli zegt een uur aan een voordracht te hebben voorbereid, dan is dat eigenlijk ‘één uur en dertig jaren!’, zoals een vriend van hem opmerkt.
| |
Citeer niet te veel
Probeer zo veel mogelijk zelf je stof te verzinnen: ‘Wie te arm is zich 'n eigen equipage aan te schaffen, mag mijnenthalve met geleende paarden rijden - ik ging liever te voet.’ Maak liever gebruik van eigen ervaringen en inzichten.
| |
Gebruik doorleefde beelden
Tot Multatuli's sterkste gereedschappen behoort het gebruik van beeldspraak om beweringen aanschouwelijk te maken. In de Max Havelaar schrijft hij over de beeldspraak van zijn hoofdpersoon: ‘Zijn beelden, die altijd genomen waren uit het leven dat hem omringde, waren voor hem werkelijk hulpmiddelen tot begrijpelijk maken van wat hij bedoelde, en niet, zoals vaak geschiedt, lastige aanhangsels die de zinsneden der redenaars bezwaren, zonder enige duidelijkheid toe te voegen aan 't begrip van de zaak die men voorgeeft toe te lichten.’
| |
Humor geeft lucht
Met humor geef je je toespraak de soms broodnodige lucht. Multatuli schrijft aan zijn eerste vrouw Tine over humor in de Max Havelaar: ‘Ik geloof waarachtig dat er veel geest in is. Het is vrolijk, koddig, men zal hoop ik lachen, en dan stuit men opeens op een passage die zeer ernstig is. Ik kan het niet beter vergelijken dan dat ik het publiek iets zeer scherps ingeef in een lekker omhulsel.’
Humor bestaat in vele smaken: van scherts en parodie tot ironie en sarcasme. Je kunt via woordspelingen of nieuwe woorden je publiek aan het lachen maken of schokken. Multatuli heeft ooit de lachwekkende en enigszins pijnlijke uitdrukking kinderen houden bedacht: sommige mensen houden kinderen zoals ze vogels houden.
‘Ik kan het niet beter vergelijken dan dat ik het publiek iets zeer scherps ingeef in een lekker omhulsel.’
| |
Gebruik parabels
Multatuli mag zijn lezingen graag met een of twee parabels beginnen. Hij geeft de boodschap via de omweg van een vertelling, waardoor de lezer de door hem gevonden waarheid in het verhaaltje ervaart als zelf gevonden. Zijn parabels over Saïdjah en Adinda, en over Thugater, het meisje dat zó goed kon melken dat haar broers niet wilden dat ze zou gaan leren, zijn beroemd geworden.
| |
Denk aan de soundbites
Soundbites zijn ideeën in een korte vorm die luisteraars na afloop het best kunnen reproduceren, een soort slogans. Het is de kunst om het kernpunt van het verhaal samen te vatten in zo'n pakkende zin. Als die zin in het slot wordt herhaald, blijft hij beter hangen bij het publiek. Multatuli heeft een groot aantal van zulke gevleugelde uitdrukkingen op zijn naam staan, zoals ‘De hevigste uitdrukking van smart is sarcasme’ en ‘De parelduiker vreest de modder niet.’ Een heel beroemde is: ‘Van de maan af gezien zijn we allen even groot.’
| |
■ Koefnoen
Het werk van Multatuli blijkt dus vol te staan met tips voor de hedendaagse spreker. Maar ook is erin te vinden hoe het níét moet. Als een vroege voorganger van Koefnoen imiteert en parodieert hij de ‘prekers, babbelaars, redevoeringhouders, spreek- praat- redeneer- vertoog- pleit- verhandelkranen’. Vooral de liberale staatsman Thorbecke en zijn collega-politici moeten het ontgelden, bijvoorbeeld in een sarcastisch vlugschrift tegen het door de liberalen gepropageerde systeem van ‘vrije arbeid’:
Het goede, mijne heren! Bij ons in de Achterhoek - het zij gezegd zonder de minste blaam te willen werpen op andere hoeken - bij ons leven wij voor 't goede. De voorgestelde wet is door al mijn Kiezers, wat de strekking aangaat, met genoegen vernomen. En ikzelf zoude daarmede instemmen, wanneer ik niet de eer had (hier moet de spreker buigen naar de rechterzij, en naar de linkerzij, en naar 't midden) wanneer ik niet, zoals ik de eer had te zeggen lid te zijn van deze Kamer, welker leden ik allen persoonlijk de meeste achting toedraag. De zaak is deze, mijne heren! Wat zegt de wet die ons wordt voorgelegd door de tegenwoordige minister, wie ik persoonlijk de meeste achting toedraag. Die zegt: ‘gehoord enz.’
| |
Max Havelaar Academie
De Max Havelaar Academie is een werkgroep van het Multatuli Genootschap die activiteiten voor scholieren en studenten organiseert over het werk van Multatuli en fair trade.
In november verschijnt bij uitgeverij Nieuw Amsterdam/nrc boeken Spreken als Max Havelaar. Hoe houd je een vlammende toespraak, van Jaap de Jong.
|
|