■ Wegsudderen
Dat de taalcommissie van de NOS en veel andere journalisten toch blijven vasthouden aan hun ‘stijlafspraak’ komt doordat ze geloven dat het voltooid deelwoord op het eind de spanning bewaart en de luisteraar vasthoudt. Of zoals Peter Taal me schreef:
Wij blijven ervan overtuigd dat de persoonsvorm vóór het voltooid deelwoord veel geschikter is voor spreektaal omdat de clou tot het eind wordt bewaard. Als het in een verhaal gaat over een jongen die na een schietpartij ‘gevlucht is’, weet je als luisteraar na gevlucht al dat er nog een is komt. Weg spanning, want dat is moet een nieuwslezer weglezen, zoals dat heet: het is een niet te beklemtonen deel van de zin dat als het ware een beetje wegsuddert omdat er geen informatie van wezenlijk belang meer in zit.
Wat een wonderlijke gedachte en wat een vreemd soort luisteraar wordt hier opgevoerd: een die niet meer luistert omdat de zin op een normale manier eindigt. Dat wegsudderen neemt 0,001 seconde in beslag, schat ik. Catastrofaal natuurlijk. En wat te denken van de spreker? Als die zegt: ‘een jongen die na een schietpartij gevlucht is’, en dat doen de meeste Nederlanders, zou hij dus geen spreektaal spreken. Overigens is naar het effect van het ‘spannende’ zinseinde nog nooit onderzoek gedaan, laat staan dat er iets bewezen is. Ik ben dus benieuwd waar die overtuiging van Peter Taal op gebaseerd is.
‘Suddervrees’ is er waarschijnlijk ook de oorzaak van dat omroeppresentatoren de klemtoon zo vaak leggen op het laatste woord van de zin. Zo in het NOS Journaal van 31 mei: ‘Kinderen op de basisschool lusten wel pap van energiédrankjes’, dus met de nadruk op energiedrankjes. In echte spreektaal zou dat zijn: ‘Kinderen op de basisschool lusten wel pap van energiedrankjes.’ (En in de nóg alledaagsere spreektaal misschien wel: ‘Energiedrankjes! Kinderen op de basisschool lusten er wel páp van.’) Nog een paar voorbeelden uit juli van dit jaar:
- | De politicus was het eerste lid dat vrijwillig bekendmaakte dat hij op mannen vált. |
- | Wie er achter deze gijzeling zát. |
Met die suddervrees in het achterhoofd is het al helemaal onbegrijpelijk dat er voor de journaals vaak juist zinnen geschreven worden die eindigen met een onbelangrijke bepaling, maar die door zo'n professionele nieuwslezer toch met eindklem gelezen worden. Uit het NOS Journaal van 4 oktober:
- | President Obama had zijn tegenstander graag op een enorme achterstand gezet met het eerste tv-debat in Dénver.
(In plaats van: ‘President Obama had zijn tegenstander met het eerste tv-debat in Denver graag op een enorme achterstand gezet.’) |
- | Meer dan tweehonderd woedende scheepswerkers in Griekenland hebben het ministerie van defensie bestormd in Athéne.
(I.p.v. ‘Meer dan tweehonderd woedende Griekse scheepswerkers hebben in Athene het ministerie van defénsie bestormd.’) |
- | Er is in dat communistische land zelfs een echte online oorlog uitgebroken tussen verschillende wébwinkels.
(I.p.v. ‘Er is in dat communistische land tussen verschillende webwinkels zelfs een echte online óórlog uitgebroken’.) |
- | Het is precies twintig jaar geleden vandaag dat een vrachtvliegtuig neerstortte in de Bijlmer.
(I.p.v. ‘Het is vandaag precies twintig jaar geleden dat er in de Bijlmer een vrachtvliegtuig neerstortte.’) |