Raarwoord
Oostblokkisch
Guus Middag behandelt opmerkelijke woorden, oud en nieuw.
Het was een vermoeide vrouw die aan het woord kwam op de radio, in een reportage over winkeldiefstal. Mevrouw was eigenaresse van een parfumerie. Ze had veel last van winkeldieven. Die gingen er zonder te betalen met haar dure flesjes vandoor. Ze had alles al geprobeerd. Waar ze vandaan kwamen? Je hoorde haar haar schouders ophalen. Geen idee. Je kon ze niet verstaan in ieder geval. ‘Ze praten Oostblokkisch.’
Er klonk veel frustratie door in dat woord. Niemand die het weet, niemand die het uitzoekt, niemand die er wat tegen doet. De politie niet, de politiek niet, de regering niet. En dus blijven ze maar komen, de gasten uit die verre landen, ergens uit het voormalige Oostblok, waar de mensen zoals bekend onderling hebben afgesproken alleen maar vreemde talen te spreken zodat wij ze hier in de winkels niet kunnen verstaan.
Oostblokkisch is een van de vele dialecten die in Verweggistan worden gesproken. Je zou hier kunnen spreken van ‘borsjtsj-talen’, naar analogie van de ‘knoflooktalen’ die volgens de vroegere extreem-rechtse politicus Hans Janmaat (althans zijn typetje, gespeeld door Erik van Muiswinkel) in de zuidelijke landen van Europa te horen zijn. De Oostblokkers komen de winkel binnen en mompelen onderling wat in hun koeterwaals. Er is voor onzetaalsprekers geen touw aan vast te knopen. En weg zijn je dure flesjes.
Guus Middag