‘Liever één taal goed dan drie gebrekkig’
Zit het onderwijs in andere talen het Nederlands in de weg?
Redactie Onze Taal
Hoe staat het met het talenonderwijs? En waar moet het naartoe? Daar kun je verschillend over denken, zo bleek uit de afsluitende discussie tussen een bekroonde docent, een opiniërende journalist en de voorzitter van Levende Talen.
V.l.n.r. Toon van der Ven, Aleid Truijens, Trudy Coenen en Mieke van der Weij.
Foto: Iris Vetter
Alle drie weten ze hoe het is om voor de klas te staan: Trudy Coenen, Aleid Truijens en Toon van der Ven. Die laatste is daar al 32 jaar te vinden (inmiddels als docent Nederlands aan de Stoas Hogeschool in Wageningen) en is daarnaast voorzitter van Levende Talen, de vereniging voor taaldocenten in Nederland. Trudy Coenen is docent Nederlands op een Amsterdamse school ‘met 56 nationaliteiten, behalve de Nederlandse’. En ze is er goed in: in 2010 werd ze verkozen tot lerares van het jaar. Aleid Truijens heeft het onderwijs inmiddels verlaten, maar zonder het definitief vaarwel te zeggen. Als journalist-columnist voor de Volkskrant volgt ze de ontwikkelingen nauwgezet en steekt ze haar mening daarover doorgaans niet onder stoelen of banken.
Ieder van hen leverde stellingen aan waarover werd gediscussieerd, onder leiding van Mieke van der Weij.
Kinderen op de basisschool Engels leren is een mooi streven. Maar leer ze, of ze nu van huis uit Nederlands spreken of niet, eerst één taal goed. Lesuren Engels mogen niet ten koste gaan van lessen Nederlands.
(Aleid Truijens)
Truijens licht toe: ‘Meer uren kunnen er niet bij, dus als je een vak als Engels toevoegt aan het lesprogramma, moet er onherroepelijk ook iets af. Te vrezen valt dat dat in veel gevallen van taal en lezen af gaat. Uiteindelijk doe je de leerlingen daarmee natuurlijk enorm tekort. Nederlands is tenslotte - meer dan Engels - de taal die je feilloos moet kunnen beheersen om mee te komen in deze maatschappij.’
Toon van der Ven ziet het anders: ‘Uit onderzoek blijkt dat het Nederlands niet te lijden heeft onder het Engels. Scholen die vroeg Engelstalig onderwijs aanbieden, moeten aan veel eisen voldoen. Zo moet het Nederlands van hun leerlingen op peil zijn. Natuurlijk ben ik vóór goed onderwijs in de Nederlandse taal, want inderdaad: die taal is je kaartje tot de Nederlandse maatschappij. Maar vergeet niet: Engels is je kaartje voor Europa en de rest van de wereld.’
Trudy Coenen zit meer op de lijn van Truijens en is ‘faliekant tegen’ vroeg Engelstalig onderwijs. ‘Waarom zou je?’ Ze wijst op de segregerende werking ervan: ‘Dat vroege Engels wordt vooral aangeboden aan leerlingen die toch al een voorsprong hebben. Op zwarte basisscholen zul je niet zo snel Engels terugvinden in het lesprogramma. Dat betekent dat de huidige tweedeling tussen sterke en minder sterke leerlingen nóg groter wordt.’
Van der Ven: ‘Natuurlijk is een tweedeling onwenselijk, maar je kunt leerlingen geen extra's onthouden omdat andere kinderen daar niet klaar voor zijn.’
Allochtone kinderen beseffen dat het Nederlands hun toekomst is.
(Trudy Coenen)
Respect en ruimte voor de thuistaal van allochtone leerlingen werkt bevorderend voor het leren van Nederlands als tweede taal.
(Toon van der Ven)
Van der Ven: ‘Onderzoek wijst uit dat je een tweede taal makkelijker leert als je een eerste goed onder de knie hebt. Veel allochtone leerlingen spreken nu soms wel drie, vier verschillende talen, maar allemaal gebrekkig. Het zou goed zijn om docenten Arabisch, Turks, enzovoort aan te stellen zodat de thuistaal op een hoger niveau gebracht wordt, en van daaruit het Nederlands. Het huidige politieke klimaat is daar misschien niet naar, maar er wordt te weinig bij stilgestaan dat het Nederland ook voordeel kan opleveren. Het zou toch mooi zijn als je hier mensen hebt die makkelijk toegang hebben tot handelspartners in het Midden-Oosten?’
Truijens en Coenen zijn niet overtuigd: ‘onhaalbaar’, zo noemen zij het plan beiden. Truijens: ‘Natuurlijk is het tragisch als van zo'n leerling niet één taal echt op niveau is, maar het is een droom om te denken dat ze met lessen Turks opeens meerdere talen goed zullen beheersen. Laat ze in ieder geval één taal goed spreken: het Nederlands.’
Coenen: ‘Hoe zouden wij dat plan moeten uitvoeren op onze school, met al die 56 nationaliteiten? Waar halen we al die docenten vandaan? Als docent Nederlands probeer ik ze juist met die ene taal te binden. Als ik tijdens het WK voetbal zeg dat “wij” vanavond spelen, kijken ze me eerst aan of ik het meen, of ik echt vind dat “zij” wel bij “ons” horen. Eenzelfde gevoel wil ik ze geven met de taal. Dat is het belangrijkste middel dat we hebben om ze te laten merken dat ze erbij horen - en dát hebben we nodig in dit land.’
Even zijn de oranje en groene kaartjes niet nodig om te weten wat de zaal ervan vindt. Spontaan wordt er geklapt - hard en lang.