Alleroudste
Joh. A. Matthaei - Huizen
We kennen in het Nederlands de stellende, vergrotende en overtreffende trap. Door het stelselmatig overdrijven in de media is hier ook nog de allerovertreffende trap bij gekomen. Voortdurend kom je aanduidingen tegen als de allerlaatste en allereerste. Ook in het juninummer van Onze Taal was het te lezen, in de rubriek ‘Tamtam’, in een bericht over de ‘allerlaatste typemachinefabriek in de wereld’ die haar deuren had gesloten.
Verder las ik in een dagblad dat de ‘alleroudste’ inwoner van Nederland 104 jaar is. Is de oudste dan 103, vraag je je af. Maar nee, opvallend genoeg las ik een week later in een ander dagblad dat er zes oudste personen in Nederland zijn van 106! Een van hen beweerde dat zij graag de ‘alleroudste’ zou willen worden.
Kortom: op elk gebied wordt gepraat en geschreven over de ‘allereerste’, ‘allergrootste’, ‘allerbeste’, enzovoort - een ‘allervervelendste’ gewoonte!